Il Grand' Inquisitor

Les brigands in Parijs

Na de dramatiek van Götterdämmerung en Otello, sloot ik mijn weekend in Parijs af met iets luchtigers... de opéra-bouffe Les brigands van Offenbach, uiteraard in de Opéra-Comique.

De productie van Macha Makeïeff en Jérôme Deschamps dateert van begin de jaren 1990, toen ze voor het eerst opgevoerd werd in Amsterdam. Ondertussen hebben ze daar een "serieus" operahuis waarvan ik me niet kan voorstellen dat ze dit soort operettes zouden programmeren.

De productiestijl is in Amsterdam ook enigszins gewijzigd, want hoewel deze productie amper 20 jaar oud is, zou ze evengoed 120 jaar oud kunnen zijn. Het is een mengeling van stijlen met decors van doek en karton, en talloze kostuums die schijnbaar toevallig beschikbaar zijn zoals de producties in het Théâtre des Varétés in de 19de eeuw ook klaargestoomd werden. Het is een onderhoudende voorstelling met de nodige onnozelheid en een paar irritante figuranten met gekke stemmetjes.

Dirigent François-Xavier Roth leidt een goede, hoofdzakelijk Franse, bezetting die naast zingen ook gesproken teksten kan projecteren. De bezetting wordt gekenmerkt door een een onwaarschijnlijke reeks tenors. Eric Huchet zingt de hoofdbandiet Falsacappa met stevige stem. Martial Defontaine is een elegante prins. Loïc Félix is zijn kassier, die al het geld heeft opgemaakt. Hij steelt de show met zijn "O mes amours, O mes maîtresses" inclusief stratosferische falsettonen. Ook Philippe Talbot scoort met zijn scène als de Spaanse Gloria Cassis. Fiorella, de dochter van Falsacappa, werd gezongen door Daphné Touchais. Ze heeft een lichte sopraan met zilveren klank. De Canadese mezzo Julie Boulianne kan een androgyne klank produceren, ideaal voor de travestie-rol van Fragoletto.

Zoals het een operette betaamt, hernamen ze na al het applaus nog het succesnummer "Ce sont les bottes, les bottes, les bottes", nog zo'n melodie die je niet uit je hoofd krijgt...

Publicatie: zondag 3 juli 2011 om 07:15
Rubriek: Opera