La fianculla del West in Edinburgh
Het lijkt een wat vreemde keuze om Puccini's La fanciulla del West concertant op te voeren. Maar het feit dat de opera precies 100 jaar geleden in de Met gecreëerd werd, zal misschien meegespeeld hebben om hem op te nemen in de voorstellingenreeks van Usher Hall.
Het voordeel van zo'n concertante uitvoering is dat de orkestrale kant goed tot uiting komt. De muziekdirecteur van de Scottish Opera, Francesco Corti, ging wel iets teveel op in zijn orkest. Hij leek te vergeten dat hij niet in een orkestbak zat, maar rechstreeks de orkestklank over de zangers de zaal instuurde, waardoor verschillende van hen onhoorbaar werden.
Opvallend was de bezetting met zangers die we niet meteen associëren met Puccini. Susan Bullock kennen we vooral als dramatische sopraan die rollen als Brünnhilde en Elektra in haar repertoire heeft. Maar ze is ook een schitterende Minnie met een stralende stalen stem en genuanceerde expressiemogelijkheden.
Van Carl Tanner moeten we niet veel nuances verwachten. We kennen zijn Dick Johnson nog van in die Carsen-productie van de Vlaamse Opera. Net zoals bij zijn meer recente optredens in België vliegen de stukken in het rond. Maar in tegenstelling tot vroeger projecteert al dat gebrul een stuk beter. "Ch'ella mi creda" is weliswaar een passionele aria, maar intensiteit is nog iets anders dan wat er uit zijn keel kwam. Het positieve is dat hij, net zoals Susan Bullock, zonder partituur zong.
De verrassing van de avond was echter Juha Uusitalo. De laatste jaren maakt hij furore met rollen als Holländer of Wotan. Eenmaal een zanger aan dat soort rollen begint, kan ik me voorstellen dat ze nauwelijks nog gevraagd worden voor het Italiaans repertoire. Maar hij zingt een schitterende Jack Rance met een mooi donker timbre, een gezond inlevingsvermogen en duidelijke dictie.
Publicatie: dinsdag 24 augustus 2010 om 17:11
Rubriek: Opera