Il Grand' Inquisitor

Hagar Sharvit in Zeist

Gisteren werd editie 2023 van het Internationaal Lied Festival Zeist afgesloten. Het was een dag waarop vooral jonge zangers in de schijnwerpers stonden.


(foto's © Mel Boas)

Oorspronkelijk waren Sarah Connolly en Imogen Cooper voorzien om 's avonds het festival in stijl af te sluiten. Om persoonlijke redenen heeft Connolly echter moeten afzeggen en werd ze vervangen door de (relatief) jonge mezzo Hagar Sharvit en de pianist Kunal Lahiry, die grotendeels het voorziene programma brachten. Op een boeiende corona-livestream na, had ik Sharvit nog nooit eerder gehoord.

Al in het eerste lied, Schoenbergs Erwartung, een "bleiche Frauenhand winkt", creëert ze hoge verwachtingen. Die verwachtingen werden echter niet helemaal ingelost. Brahms Unbewegte laue Luft begint wel passend met een zwoele traagheid en een sensueel slot. De bittere traan van Immer leiser wird mein Schlummer legt ze ook mooi in haar stem. Maar het wordt snel duidelijk dat ze weliswaar met een aantrekkelijk timbre zingt, maar dat het verder nogal monochroom blijft. De dialoog van Liebestreu, en later in Mädchenfluch, is een uitgelezen kans om te laten horen hoe ze met verschillende stemmen omgaat. Dat onderscheid maakt ze echter niet.

Het beste van de avond was Schumanns Gedichte der Königin Maria Stuart, met het teder uitgevoerd gebed Nach der Geburt ihres Sohnes, een opgewonden pleidooi An die Königin Elisabeth of een ontroerend Abschied von der Welt. Tot dan bleef ze erg gekluisterd aan de partituur (mogelijk heeft ze veel nieuw repertoire ingestudeerd voor dit recital), maar voor twee liederen van Clara Schumann zong ze vrijer, al begonnen zich vermoeidheidsverschijnselen af te tekenen in Lorelei. De pauze bracht rust. Het overschakelen op Frans repertoire was echter minder overtuigend. Haar Frans is goed, maar ik hoorde weinig Debussy in Chansons de Bilitis. Ze slaagt er niet in om de nodige naïviteit in haar stem te leggen voor La flûte de Pan, noch sensualiteit in La chevelure. Een stijlloze Chanson triste liet me onberoerd.

Mahlers Lieder eines fahrenden Gesellen ontbrak het dan weer aan eenheid doorheen de vier liederen. We horen wel een stralende vrolijkheid in Ging heut' Morgen über's Feld, maar de cruciale retorische vraag "Nun fängt auch mein Glück wohl an ?" blijft onderbelicht en emotieloos. Hetzelfde geldt voor het slot van Die zwei blauen Augen... "Alles, Lieb und Leid und Welt und Traum" klinken als losse noten. Wie ooit Connolly Mahler heeft horen zingen, kan enkel dromen hoe hartverscheurend dit recital bij haar geëindigd zou zijn. Spijtig, maar toch hulde aan Sharvit om op korte termijn deze uitdaging aan te nemen.

Twee jaar geleden hadden Vincent Kusters en Charlie Bo Meijering het "Young Artist Platform" gewonnen. Hun prijs, een recital op het festival, hebben ze gisterenmiddag geïnd met onder andere de Kerner-Liederkreis van Schumann. Kusters zingt met een prachtige bariton, die ook in de hoogte heel mooi tenoraal leggiero klinkt voor bijvoorbeeld de meisjesstem in Stirb', Lieb' und Freud'. De liederen worden intelligent uitgevoerd met een expressieve "voll ernster Pracht" of een goede opbouw richting de vraag in... Frage. Het probleem is dat hij moet optornen tegen de herinnering van de fenomenale uitvoering van Ema Nikolovska een week eerder. Op zich doet hij niets verkeerd, maar het blijft allemaal wat braaf.

Minder braaf was de uitvoering van de aangrijpende Six Songs from A Shropshire Lad van George Butterworth. Vooral met de twee laatste liederen kon hij ontroeren. In The Lads in Their Hundreds brengt hij goed de schrijnende toekomst van "the lads that will die in their glory and never be old" tot uiting tegen de achtergrond van een vrolijke kermis. Maar helemaal hartverscheurend was het dialooglied Is My Team Ploughing? waarin een stervende soldaat getroost wordt door een kameraad. Kusters geeft de twee soldaten een totaal andere stem, vooral bij de verzwakkende soldaat duikt het beeld op van een zwaar gewonde soldaat die op een brancard in een veldhospitaal zijn laatste adem uitblaast. Onbegrijpelijk hoe iemand dit op deze manier gezongen krijgt zonder zelf een krop in de keel te krijgen. Mijn krop werd weggespoeld met de wereldcreatie van Adieu, Adieu! My Native Shore van Hans Leenders.

Twee liederen werden letterlijk ter plekke gecreëerd tijdens het recital van Sophia Burgos en Daniel Gerzenberg. Zij hebben twee jaar geleden de ILFZ-prijs gekregen op de zangwedstrijd in Den Bosch. Bij een Puerto-Ricaanse sopraan verwacht je halvelings een Spaans-getint programma. Dat kregen we ook, maar niet helemaal. Ze hadden het interessante idee om vertaalde Spaanse gedichten met elkaar te confronteren: enerzijds vijf liederen uit het Spanisches Liederbuch van Wolf, en anderzijds Sun and Shadow, een Engelstalige liedcyclus van vijf liederen op gedichten van Lorca getoonzet door George Crumb.

Bij de Wolf-liederen vroeg ik me af waaraan ze die prijs te danken had: de tekst van Die ihr schwebet um diese Palmen wordt in grote operastijl weggezongen, In dem Schatten meiner Locken klinkt niet speels genoeg en Komm, o Tod, von Nacht umgeben wordt gereduceerd tot een vocalise. Een werk van George Crumb is daarentegen altijd een belevenis omwille van allerlei effecten die hij bedenkt. De pianist bespeelt bijvoorbeeld rechtstreeks de pianosnaren of trommelt op de kast van de piano. De zangeres zoemt, neuriet, fluistert... en speel met castagnetten. In dit repertoire kon Burgos me wel overtuigen.

Het "echte" Spaans weerklonk tijdens twee improvisaties - aan het begin en het einde van hun recital - op twee gedichten van de Puerto-Ricaanse Maria Pastor. Een jaar geleden had Gerzenberg dit hier ook al eens gedaan als bisnummer bij het recital met Teresa Pilsl. Deze twee improvisaties hadden elk hun eigen kleur, met de improvisatie op "Pájaro quecae" in Crumb-stijl.

De dag was begonnen met het Presentatierecital van de zes liedduo's die de afgelopen week de 'master classes' gevolgd hadden. Ze werden in contact gebracht met een heel scala aan meesters. Elly Ameling, Robert Holl en Hans Eijsackers zijn de vaste waarden. Toevallige passanten zoals Wolfram Rieger, Malcolm Martineau of Natasha Loges gaven ook elk een dag master class. Sara Connolly zou ook twee dagen onderrichten, maar zij werd vervangen door Christine Schäfer. Ik vond het vooral interessant om haar nog eens aan het werk te horen, sinds ze ongeveer tien jaar geleden gestopt is met optreden.

Bij de liedduo's hoorden we drie mezzo's, twee (bas-)baritons en een tenor... in verschillende stadia van ontwikkeling. Florian Störtz en Mark Rogers hebben de meeste indruk gemaakt. Störtz zingt met een prachtig-viriele bas-bariton met een groot dynamisch bereik. Maar ik was ook gecharmeerd door de Nederlandse Jasperina Verheij, met Willem van den Dool aan de piano, en haar heerlijke lichte mezzo en innemende muzikaliteit. Het zou me niet verbazen als we haar over een paar jaar terughoren op het Young Artist Platform.

Na het presentatierecital nam Elly Ameling nog even het woord en kondigde ze aan dat de afgelopen week haar laatste master classes waren. We zullen dus niet meer kunnen genieten van haar wijze woorden. Maar voor wie haar nog wil beluisteren, werd deze week een nieuwe verzamelbox voorgesteld ter ere van haar 90ste verjaardag met alle Philips Recitals.

Publicatie: zondag 21 mei 2023 om 10:49
Rubriek: Liedrecital