La Cenerentola in Luik
Na de sprookjesachtige Toverfluit in de circustent, werd het duo Cécile Roussat en Julien Lubek opnieuw uitgenodigd in de Waalse opera... deze keer om een "echt" sprookje, La Cenerentola van Rossini, te regisseren.
De voorstelling begint meteen in die sprookjessfeer met Alidoro als ceremoniemeester die een groot sprookjesboek openslaat tegen een achtergrond van een sterrennacht. Hij wordt daarbij geassisteerd door zes acrobaten als handlangers.
Als de sterrenhemel optrekt, zijn we in het huis van Don Magnifico waar de twee stiefzusjes in bad zitten. De kamer ziet er nogal sjofel uit, het is meteen duidelijk waarom Don Magnifico één van zijn dochters wil koppelen aan de prins zodat hij zijn huis kan opkalefateren. Het hele decor staat op een draaiplateau met ook nog de slaapkamer van Don Magnifico en een koer met waterput, waarin Angelina zich verpopt van Assepoester tot toekomstige Prinses.
De voorstelling is doorspekt met leuke vondsten die - in tegenstelling tot de Mazzonis-humor - mijn tenen niét doen krullen. Het is bijvoorbeeld een leuk idee om Angelina in een luchtballon naar het feest van de prins te laten vertrekken. Dat werkt beter en mooier dan een koets, wat op een podium vaak belachelijk overkomt. Kortom, een zeer genietbare productie.
De vorige Rossini's in Luik werden ontsierd door een dirigent, waarvan ik de naam probeer te vergeten. Deze keer stond Paolo Arrivabeni weer in de orkestbak en meteen speelt het orkest op een hoger niveau en met meer stijl... ofwel zit de inspratie van Zedda nog in het orkest, toen hij hier tien jaar geleden La Cenerentola dirigeerde.
Marianna Pizzolato heeft een fantastisch mooie stem, die meer naar alt neigt dan naar mezzo. Vooral haar lage noten zijn als smeltend goud, terwijl de hogere noten in "Non più mesta" minder vlot klinken. Maar het meest opvallende is de naturel waarmee ze zingt. De tekst stroomt mooi en met haar fluwelen timbre zingt ze een ontroerende "Una volta".
Dmitry Korchak moet zowat de grootste naam zijn die ze dit seizoen in Luik hebben kunnen strikken, afgezien van Florez die later dit seizoen een concert zal zingen. Korchak is een elegante Don Ramiro. In het paradestukje "Si, ritrovarla io giuro" zijn alle noten er, maar de hoogste noten klinken iets minder gemakkelijk dan bij zijn Peruviaanse collega.
De Don Magnifico van tien jaar geleden is er ook nu nog bij. De rol heeft geen geheimen meer voor Bruno de Simone, die al zijn ratelaria's met gevoel voor humor en ruime stem zingt. Enrico Marabelli zingt de rol van Dandini vooral als een buffo-partij - wat het uiteraard ook is - al had ik iets meer pompeuze verfijning gewenst in zijn vermomming als de prins. Laurent Kubla was een degelijke Alidoro die scoorde met zijn grote aria "Là del ciel". Sarah Defrise en Julie Bailly waren tenslotte de twee hilarische stiefzusjes...
Publicatie: zondag 28 september 2014 om 08:55
Rubriek: Opera