Der fliegende Holländer in Parijs
De herneming van Der fliegende Holländer in Parijs draagt onmiskenbaar de stempel van regisseur Willy Decker. Deze productie ging tien jaar geleden in première maar ik had ze nog niet gezien. Ze behoort - samen met de zwart-wit-grijze decors van Wolfgang Gussmann - tot Deckers stijl van die periode.
Het ziet er allemaal heel bekend uit. De parallellen met bijvoorbeeld zijn Peter Grimes in de Munt zijn opvallend. Alles speelt zich af in een eenheidsdecor met een grote deur en een gigantisch schilderij van het schip van de Hollander. De jager Erik is hier de buitenstaander en krijgt in het laatste bedrijf ook een agressieve matrozengemeenschap over zich heen.
De Holländer en Daland werden vertolkt door twee veteranen. James Morris was een zwakke Holländer, ondanks al zijn Wagner-ervaring. Zijn overwegend fluisterend Sprechgesang van onder andere "Die Frist ist um" kan bezwaarlijk nog zingen genoemd worden. Alhoewel vocaal ver van perfect, kan Matti Salminen wél nog overtuigen als Daland. Vooral in zijn "Mögst du mein Kind" was hij goed dankzij zijn interpretatieve inleving en zijn ronkende, wat rauwe basstem.
Zoals gewoonlijk is Adrianne Pieczonka een betrouwbare zangeres. Haar Senta was degelijk gezongen, maar ze kon me nooit ontroeren of meesleuren in haar passie. Klaus Florian Vogt als Erik heeft daarentegen geen probleem om dat te doen. Maar voor een keer is zelfs hij niet helemaal perfect. In zijn slotaria "Willst jenes Tag's du nicht" sloeg zowaar zijn stem over bij "die Versich'rung deiner Treu'"... het is wel een passagio-moment, maar het zou niet mogen gebeuren. Desalniettemin was hij met voorsprong de beste zanger op het podium, samen met een schitterende Steuermann van Bernard Richter.
Publicatie: maandag 4 oktober 2010 om 21:27
Rubriek: Opera