Parsifal in Wenen
In april 2004 ging een nieuwe productie van Parsifal in première in de Wiener Staatsoper. Het aandachtspunt was toen Thomas Quasthoff die voor de eerste keer een grote operarol scenisch vertolkte (voordien had hij al de kleine rol van de minister gezongen in Fidelio op de Salzburgse Osterfestspiele). Bij de herneming was hij weer van de partij, maar bijna alle andere zangers zijn nieuw... evenals de dirigent Sir Simon Rattle die - hoe gek het ook klinkt - nu pas zijn debuut maakt aan de Weense Staatsoper.
De productie van Meistersinger in de Vlaamse Opera indachtig, had ik geen hoge verwachtingen voor wat Christine Mielitz met Parsifal zou aanvangen. En toen het doek openging en ik een esthetisch onverantwoord decor zag, wist ik dat ik me aan een non-sensicale enscenering kon verwachten. Het decor is qua stijl en lelijkheid alleen te vergelijken met wat Anna Viebrock gewoonlijk maakt, inclusief het bloemetjesbehang. Met dat decor doet Mielitz dan allerlei creatieve dingen, zoals het op en neer laten bewegen tijdens het transformatietafereel om uiteindelijk terug op hetzelfde beeld uit te komen. Maar vanaf het moment dat Parsifal de Speer uit de lucht plukt, stort een deel van het decor in... wat al een hele verbetering is.
Maar het ging uiteraard om de Amfortas van Thomas Quasthoff. Als liedzanger is hij absoluut onevenaarbaar, maar met Amfortas zit hij over de limiet van zijn kunnen. De lyrische passages zijn uiteraard schitterend. Maar op de momenten waarop ik een bulderend geluid verwacht - zoals zijn "Erbarmen ... Erbarmen" in het eerste bedrijf of het moment in het laatste bedrijf waarin hij vraagt om gedood te worden - heeft hij niet voldoende kracht. Maar dat neemt niet weg dat zijn aanwezigheid op de scene voor een aantal heel ontroerende beelden zorgt.
Stephen Milling maakte met deze voorstelling ook zijn debuut aan de Staatsoper. Wij kennen hem al van zijn Rocco in de Vlaamse Opera of Landgraaf Hermann in de Munt. Op een even sobere en eenvoudige manier zingt hij nu Gurnemanz, zonder ooit echt in de problemen te komen tijdens deze afgrijselijk lange rol. Thomas Moser is een redelijke Parsifal, maar hij breekt geen potten. Maar Waltraud Meier is een schitterende Kundry. Ze combineert de tedere momenten, als ze over Parsifals verleden vertelt, met de meer schreeuwerige uitbarstingen.
Afgezien van de enscenering was dit een interessante voorstelling... en aangezien de orkestbak en het podium vol microfoons stond, zal het me niet verbazen als er ooit een live-opname van uitgebracht wordt, zoals Rattle de laatste tijd wel meer pleegt te doen.
Publicatie: donderdag 13 januari 2005 om 09:35
Rubriek: Opera