Parsifal in Antwerpen
De Parsifal-traditie van de Vlaamse Opera tijdens de paasperiode heb ik nooit meegemaakt, alhoewel in de jaren '90 Parsifal nog verschillende keren opgevoerd werd. De laatste - de "groene" productie van Fred Berndt - dateert al van 1999.
foto © Annemie Augustijns
De nieuwe productie van Tatjana Gürbaca speelt in een koel eenheidsdecor: een halfcirkelvormige arena met hoge witte muren. Enkel tijdens het Klingsor-bedrijf zorgt een gouden gloed voor wat kleurvariatie.
Tijdens de ouverture krijgen we een korte wat-vooraf-ging... Amfortas kust Kundry terwijl Gurnemanz toekijkt. Na de kus lopen een paar fijne bloedstraaltjes langs de witte muren naar beneden. Vanaf dat moment zit Gurnemanz ook machteloos in een rolstoel, enkel tijdens de graalonthulling staat hij nog eens op. Ondertussen kijken de graalridders in de zon, wachtend op een zonsverduistering die een nieuw tijdperk inluidt, maar die nooit komt.
Jonge kinderen worden door de ridders gewassen en verzorgd, waarschijnlijk hopende dat een van hen de reine dwaas zal worden om hen te redden. Als Parsifal dan plots binnenstormt en een van die kinderen dood (in plaats van dat hij een heilige zwaan neerschiet), is de consternatie van de graalgemeenschap evident. Een laatste idee van Gürbaca betreft de Graal. Dat blijkt Kundry te zijn, die plots hoogzwanger is. De ridders raken haar zwangere buik aan... zou ze zo elke Goede Vrijdag een nieuwe potentiële redder baren ?
Het tweede en derde bedrijf zijn iets minder inventief. Klingsors bloemenmeisjes worden aangevuld met een paar gepensioneerde bloemenbomma's. De speer is een lange buis waarmee Parsifal Klingsor doodt, waarna Kundry een zelfmoordpoging doet... op het einde van het derde bedrijf snijdt ze nog eens haar polsen over, deze keer met succes, en sterft ze samen met Amfortas. Parsifal is tot nieuwe graalkoning gekroond, getooid in een bijeengeraapt harnas.
foto © Annemie Augustijns
Ik vond het een redelijk geslaagde productie, maar het is vooral op muzikaal vlak dat deze Parsifal scoort. Al tijdens de ouverture, ontlokt dirigent Eliahu Inbal prachtige klanken aan het orkest dat heel de voorstelling met een rijk en homogeen geluid blijft spelen, daarbij rekening houdend met de zangers. Alhoewel ik nooit de indruk had dat het een snelle uitvoering is, klaart hij de klus in amper vier uur... dat lijkt me ongeveer een half uur sneller te zijn dan de recente Parsifal uit de Met. Het inzetten van het Kinderkoor zorgt voor het typische coloriet dat ik associeer met een Antwerpse Parsifal.
De Vlaamse Opera lijkt ergens een kast met uitzonderlijke bassen gevonden te hebben. Eerder dit seizoen konden we bijvoorbeeld Ante Jerkunica horen als Sarastro, en vorig jaar was er Christof Fischesser as Padre Guardiano. Georg Zeppenfeld heeft een even mooie lyrische bas. In het eerste bedrijf mist zijn Gurnemanz nog wat karakter, maar in het derde bedrijf zingt hij uitstekend met heel veel aandacht voor nuance.
Nuances vinden we ook terug bij het roldebuut van Werner Van Mechelen als Amfortas. Zijn stem is ondertussen meer dan groot genoeg om nooit overspoeld te worden door het orkest. Robert Bork is een even overtuigende Klingsor. Susan Maclean was vorige zomer de Kundry in Bayreuth. Ook in Antwerpen moet ze het vooral hebben van haar dramatische présence... vocaal is het niet altijd even overuigend of mooi.
En dan blijft er de Parsifal van Zoran Todorovich. We kennen hem vooral van zijn vertolkingen van het Italiaans spinto-repertoire. Vocaal-technisch levert Parsifal geen problemen op. Hij zingt ook aanvaardbaar Duits, op een occasionele "Amförtas" na. Maar hij zit nog lang niet in de rol. Hij komt nauwelijks verder dan de noten en vertolkt niet wat er tussen de lijnen staat. Er ging bijvoorbeeld geen enkel gevoel uit van "Nur eine Waffe taugt", en de verleidingsscène met Kundry was gespeend van elke spanning.
Publicatie: maandag 1 april 2013 om 10:38
Rubriek: Opera