Il Grand' Inquisitor

Carolyn Sampson in Oxford

Bij de twee recitals gisteren in Oxford stonden twee dichters centraal. Tijdens het lunchrecital was dat Langston Hughes, en 's avonds Paul Verlaine.

Langston Hughes was een Afro-Amerikaanse schrijver en dichter die grosso modo gesitueerd kan worden in de eerste helft van de 20ste eeuw. Verschillende Amerikaanse componisten hebben zijn gedichten op muziek gezet. Tijdens het recital van de tenor Joshua Stewart en pianiste Deirdre Brenner kregen we daar een bloemlezing van te horen.

Een eerste reeks liederen van Ricky Ian Gordon spraken me niet echt aan. Stewart zingt ze met een krachtige stem, die aanvankelijk nog eentonig klinkt. De centrale liedcyclus was het gevarieerde Nightsongs van H. Leslie Adams en het is hier dat we een breed spectrum van kleuren en emoties te horen krijgen van zowel Stewart als Brenner. Donker getrommel in Drums of Tragedy, een licht jazzy toon in The Heart of a Woman, opzwepend in Creole Girl, ontroerend in het prachtige Sence You Went Away.

In Shadow of the Blues van John Musto horen we een schaduw van blues in het slotlied Could Be. De pijnlijke ironie van Silhouette doet thematisch wat denken aan de Holiday-standaard "Strange Fruit", wat een mooi contrapunt krijgt in een verstilde Litany en Island met zijn minimale pianobegeleiding waarmee de "wave of sorrow" geëvoceerd wordt. Ze eindigden het recital in spiritual-sfeer met een swingende Feet o' Jesus van Florence Price en het bekende He's Got the Whole World in his Hand in een bewerking van Margaret Bonds.

Voor het bisnummer sloegen ze met Tobacco van Price een luchtigere riching in. Het was een boeiend recital dat weliswaar zwak begonnen was, maar crescendo ging zowel in kwaliteit van de liederen als in de uitvoering, met een reeks componisten waar ik nog nooit van gehoord had... het moet niet altijd Barber en Copland zijn.


Rachel Felon

Gisteren waren er geen jonge artiesten in het voorprogramma van Carolyn Sampson en Joseph Middleton. De voorziene mezzo Anika-France Forget, die we eerder dit jaar in de master classes in Zeist gehoord hebben, had spijtig genoeg forfait gegeven. Het programma van Sampson was ook niet helemaal wat ze gepland hadden. Een corona-besmetting van Sampson een paar weken geleden had roet in hun voorbereidingstijd gegooid en dus brachten ze als alternatief het "Verlaine Songbook" dat ze een paar jaar geleden ook op plaat gezet hebben.

Ik heb al vaker de loftrompet gestoken over wat voor prachtige liedzangeres Sampson is... een heldere Franse dictie, een fenomenale stembeheersing en vertolkingen met de nodige interpretatieve diepgang. Zo begint ze Debussy's En sourdine alsof ze uit een droom ontwaakt, ratelt ze heerlijk doorheen Ravels Sur l'herbe, spint ze de hoge slotnoot van "la lune blanche luit dans les bois" van Chaussons Apaisement oneindig uit als een priemende maanstraal, en zingt ze een opgewonden Le vent dans la plaine van Camille Saint-Saëns.

Tegelijkertijd is Middleton de ideale begeleider die een sterretjesachtergrond voor Debussy's Clair de lune creërt, of een romantisch tapijt uitspreidt voor Faurés versie van het lied, of de maan laat weerspiegelen in het water in de versie van Josef Szulc. Als bisnummer kregen we geen Verlaine, maar de klassieker na een Frans recitalprogramma... Reynaldo Hahns A Chloris... een hemels orgelpunt na een heel mooi recital.

Maar daarmee was de avond nog niet voorbij. Het podium werd omgebouwd en het licht werd wat gedimd voor het recital van Rachel Fenlon. Het bijzondere aan dit recital was dat ze zichzelf begeleidde op de piano. Ik kan begrijpen dat een zanger dat doet terwijl hij of zij liederen instudeert, maar tijdens een echt recital is dat toch nog iets anders. Zeker bij de Sieben frühe Lieder van Alban Berg of liederen van Mahler lijkt het nogal snel op een circusnummer waarbij gejongleerd wordt met drie ballen en drie brandende fakkels tegelijkertijd.

Vooral in de Berg-liederen gaat de aandacht hoofdzakelijk naar de piano (ze voert alles trouwens uit zonder partituur) en lijkt de zangpartij maar een bijgedachte. Ik heb ook het gevoel dat het fysieke aspect van pianospelen soms in de weg zit van haar ademsteun wat meer uitgesproken was als ze piano zingt. Het slot van Traumgekrönt werd er dan maar fortissimo uitgeslingerd.

Als laatste werk had ze Apparition, van de dit jaar overleden George Crumb, uitgekozen. Het is een werk dat in dit geval echte acrobatiek vraagt. Als pianiste speelt ze niet alleen op de toetsen van de piano, maar ook rechtstreeks op de snaren in de piano... en tegelijkertijd moest ze nog zingen ook. Nu, ik moet zeggen dat dit het meest overtuigende deel van de avond was. Het was zelfs een magische ervaring die na The Night in Silence Under Many a Star nog een tijdje bleef nazinderen tijdens mijn nachtelijke wandeling terug naar mijn hotel.

Publicatie: zaterdag 29 oktober 2022 om 10:06
Rubriek: Liedrecital