Il Grand' Inquisitor

Mozart Concertaria's in De Munt

Toen ik acht jaar geleden voor de eerste keer de productie Un moto di gioia zag, heb ik een paar keer op het punt gestaan om de voorstelling te verlaten. Bij de huidige herneming was dat niet het geval. Vooral omdat de drie bleitmomenten, die me vorige keer mateloos op mijn zenuwen werkten, deze keer uitgevoerd werden door dansers die, ofwel meer smaak, ofwel minder stem hebben.

Het gevolg was dat ik deze keer redelijk comfortabel naar de concertaria's, die door drie sopranen gezongen werden, heb kunnen luisteren. Het gehuppel van de Rosas-dansers nam ik er dan maar bij...

Een nieuwe naam voor mij is Paola Cigna... en ze is meteen de minste van de drie. Ze had wel de bijna onmogelijke opdracht om "Vorrei spiegarvi" te zingen. Het was pijnlijk dat ze de sprongen naar de stratosfeer keer op keer miste en bij het terugkeren ook niet altijd juist terecht kwam. Het zou niet mogen, maar gezien de moeilijkheidsgraad van deze aria, is het nog enigszins te begrijpen. Maar wat me een stuk minder aanstond, is dat haar stem iets heeft waardoor ik de indruk had dat ze bijvoorbeeld "Per pietà, bell' idol mio" volledig onder de toon zong. Tijdens een paar unisono-momenten met het orkest bleek dat wel niet het geval te zijn, maar die indruk bleef... heel vreemd.

Annette Dasch heeft al eerder Mozart gezongen, zoals Fiordiligi in de Vlaamse Opera of Il re pastore in De Munt. Maar ze kan me nog altijd niet overtuigen. "Ch'io mi scordi di te" doet me totaal niets en "Ah, lo previdi" klinkt ook allemaal hetzelfde. Ze begint wel stilaan beter te worden maar ze is er nog niet.

Maar gelukkig is er Olga Pasichnyk. Zij zingt de twee andere sopranen zonder problemen naar huis. Bij haar horen we tenminste echte piano's (en niet dat stemloze gedoe zoals bij Annette Dasch) en juiste trillers (die niet blijven haperen zoals bij Paola Cigna). Aangezien zij zich niet over technische problemen moet bekommeren, staat zij ook interpretatief het sterkst. In "Vado, ma dove ?" drukt ze schitterend de smart uit. In die aria laat ze ook een mooi echo-effect horen op 'che dubitar mi fa'. Het feit dat hierna de eerste bleitscène volgde, kon ik zelfs nog enigszins begrijpen. Maar Pasichnyks hoogtepunt was de aria "Bella mia fiamma", waarin ze het afscheid van de geliefde tot in de perfectie vertolkt.

Conclusie... de voorstelling was minder erg dan ik gevreesd had. Maar als ze die bleitscènes eruit zouden laten, dan zou het zelfs scenisch nog een goede voorstelling kunnen worden.

Publicatie: donderdag 11 november 2004 om 23:45
Rubriek: Concert