Simone Kermes in Brussel
Begin dit seizoen zong Simone Kermes Mozart in het PSK. Ik was daar - om het zacht uit te drukken - niet echt van onder de indruk. Ze heeft een achtergrond in barokmuziek en een barokconcert met Handelaria's in het Brussels Conservatorium zou haar misschien beter liggen. Niet dus...
Het programma was opgebouwd rond Francesca Cuzzoni, de sopraan voor wie Handel verschillende rollen componeerde. Cuzzoni was een van de grote sopranen uit de 18de eeuw, die zelfs kon wedijveren met de grootste castraten van het moment. Kermes heeft ook een CD opgenomen met die aria's, waarvan ze er gisteren een deel zong... afgewisseld met ouvertures en concerto's uitgevoerd door de Lautten Compagney Berlin onder leiding van Wolfgang Katschner.
In haar eerste aria, Armida's Furie terribili, komt ze als een furie het podium opgestormd. Maar daar houdt het dan ook op, veel furieuze zang is er niet te horen. Ze probeert wel allerlei vocale kleuren te zoeken, zoals ook in No, più soffrir non voglio. Maar ze verwart al te vaak roepen met expressie. Or mi perdo di speranza werd zelfs meer gesproken dan gezongen, legato was ver zoek. Verschillende aria's vragen een degelijke piano-cultuur, maar Kermes beschikt niet over een dragend mezza voce. In een aria als Ombre, piante komt de helft van de noten zelfs niet door.
Over haar coloratuurwerk valt ook niet veel goeds te vertellen. Loopjes worden een onnatuurlijke reeks onsamenhangende noten, waarbij ik me af en toe vragen stelde bij haar intonatie, smaak en muzikaliteit. Als ze iets grotere intervalsprongen moet maken, dan voelen die ongecontroleerd en wild aan. Af en toe komt er een hoge piepende noot uit, waarbij ze om een of andere reden haar mond moet vervormen. Verder presteert ze het om in negen Handel-aria's geen enkele triller te zingen. Het kan best zijn dat ze die stijlfiguur niet in haar arsenaal heeft, maar dan moet ze ook niet de pretentie hebben om Handel te zingen.
Maar wat me nog het meest stoorde, was al de show die ze verkocht. Ik kan best wat Handel-show verdragen, maar dan moeten de vocale kwaliteiten ook minstens op hetzelfde niveau staan. Die show heeft dan betrekking op het uitbundig heupwiegend meeswingen met de muziek, allerlei armbewegingen maken op zijn Kasarova's, de dirigent aanduidingen geven over hoe hij moet dirigeren, na een coloratuur nahijgen met de tong uit haar mond, en dies meer.
Er kwamen nog drie bisnummers, ze begon met een Vivaldi-aria en eindigde met Purcells When I am laid in earth in onbegrijpelijk Engels. Op het einde van die aria liet ze zelfs het licht uitdoen. Onder normale omstandigheden zou dat kunnen werken, maar niet als een deel van het publiek begint te giechelen in het donker. Tussen deze twee bisnummers had ze het idee om de Gershwin-klassieker The man I love te zingen. Als ze begint te croonen, verdwijnt haar stem helemaal en wordt ze zelfs overstemd door het orkest.
Uiteraard kreeg ze een staande ovatie. Soms vraag ik me toch af hoe het komt dat de meerderheid van het publiek stopt met luisteren en zich laat inpakken door een sopraan die vooral veel lucht en show verkoopt.
Publicatie: dinsdag 22 februari 2011 om 19:35
Rubriek: Concert