Lucia di Lammermoor in Luik
De Opéra Royal de Wallonie brengt een nieuwe productie van Donizetti's Lucia di Lammermoor met een sterke bezetting. Annick Massis was in de seizoensbrochure aangekondigd om Lucia te zingen, maar uiteindelijk was het Darina Takova die de taak op zich nam.
Darina Takova zingt een heel indrukwekkende Lucia. Ze heeft een grote stem die geen echte problemen kent om alle loopjes, arpeggio's en trillers te zingen. Alleen voor de hoogste noten zit ze aan de limiet van haar kunnen... zo was haar stretta van "Regnava nel silenzio" op het randje. Er is naar mijn aanvoelen nog één probleem. Ze "beperkt" zich namelijk tot enkel het zingen van de noten. In het geval van Lucia is dat op zich al geen geringe opgave, maar iets meer karakterisering kan geen kwaad. Veel geheimzinnigs was er bijvoorbeeld niet te horen in diezelfde "Regnava nel silenzio".
Vladimir Stoyanov is quasi-perfect in de rol van Enrico Ashton. Hij heeft een donkere bariton, die goed zijn karakter onderlijnt. Zijn gebruik van legato en de grootte van zijn stem, maken hem een goede kandidaat voor een aantal grote Verdi-rollen. Hopelijk horen we hem nog vaak terug in Luik.
De twee tenors zijn van vergelijkbaar kaliber, maar zijn toch heel verschillend. Reinaldo Macias zingt Lucia's minnaar Edgardo. Hij heeft de rijpere stem, zingt correct zijn aria's, maar doet me anderzijds niet op het puntje van mijn stoel zitten. Laurent Koehl valt een stuk lichter uit. De rol van Arturo Bucklaw vraagt wel niet veel heroïek, maar zijn stem draagt onvoldoende in de zaal.
Voor deze nieuwe productie had Mireille Larroche een multi-functioneel decor laten ontwerpen. Het decor bestond uit twee of drie wanden - ze lijken een beetje op groot uitgevallen paravents - en twee halve ronde trappen; beide elementen konden willekeurig gecombineerd worden. Dit werd dan voor de fonteinscène nog aangevuld met airco-buizen die bomen moesten voorstellen. Het procédé begint stilaan afgezaagd te geraken, maar ook het transparante gordijn is weer aanwezig. Zowel op die wanden als op het gordijn projecteert ze, al dan niet bewegende, sfeerbeelden zoals stromend water, bergen, vogels, een kasteel, ...
Over het algemeen was de enscenering niet echt ingrijpend. Alleen dwaalt er af een toe een, in wit geklede, jonge vrouw over de scene. Ze verschijnt de eerste keer als Lucia de legende van de fontein vertelt... vermoedelijk is dit dus de geest van de vermoorde minnares van Ravenswood en is reeds een aanduiding van Lucia's lot. Dit vond ik geen slecht idee.
Het enige echt storende van de productie was de slotscène. Mireille Larroche laat Edgardo ook waanzinnig worden en maakt dat duidelijk door het volledige koor uit te dossen in dwangbuizen. Als Edgardo zijn vest uitdoet, blijkt hij daaronder ook een dwangbuis aan te hebben. Het is misschien een "idee" om dit zo te ensceneren, alleen past het totaal niet in de rest van de regie, die eerder traditioneel aandoet.
Publicatie: woensdag 15 oktober 2003 om 18:48
Rubriek: Opera