Il Grand' Inquisitor

Mazeppa in Antwerpen

De eerste operaproductie onder het bewind van Aviel Cahn is meteen een schot in de roos. Beginnen met een relatief onbekend werk is een beproefde techniek - Muti deed het ook regelmatig in Milaan toen hij nog het Scalaseizoen mocht openen - om eventuele kritikasters te slim af te zijn. Naar verluidt, werd Mazeppa nog nooit eerder scenisch opgevoerd in België. Het is meteen ook het eerste deel van een Tchaikovsky-triologie in een regie van Tatjana Gürbaca die de Vlaamse Opera met het Theater Bremen co-produceert.

Mazeppa speelt zich af tegen een politieke achtergrond van de eeuwige strijd tussen Rusland en Oekraïne. De jonge Maria houdt van haar (veel oudere) peetoom Mazeppa en moet daarom kiezen tussen de progressieve Mazeppa en haar conservatieve ouders Kotsjoebej en Ljoebov... ze kiest voor Mazeppa. Als nadien haar vader geëxecuteerd wordt, geeft ze zichzelf daarvan de schuld en wordt waanzinnig.

Die menselijk dimensie krijgt in de regie van Tatjana Gürbaca de bovenhand. Die politieke strijd speelt echter ook een rol in de opera, al is het maar omwille van "De slag bij Poltava" die als een symfonisch intermezzo tussen het tweede en derde bedrijf zit. Het is een scène die zo uit de grand-opéra zou kunnen komen. Hier wordt het geënsceneerd als een waanzinsscène van Ljoebov, die volgt op de executie van haar man. Het is trouwens lang geleden dat ik het orkest van de Vlaamse Opera nog zo fenomenaal en homogeen heb horen spelen. De jonge dirigent Dmitri Jurowski blijkt een zeer inspirerende invloed te hebben.

Nog zo'n grand-opéra-moment is de aanloop naar de executie... denk aan het auto-da-fe uit Don Carlo om de grootsheid van de muziek in te schatten. Ook in deze scène voorziet Gürbaca geen grote gestes. Heel het koor zit in het paleis van Mazeppa aan kleine tafeltjes soep te eten, waarna Mazeppa binnenkomt en Kotsjoebej en Iskra geëxecuteerd worden. Die verstilling zorgt voor de kracht van die scène. Nadat Kotsjoebej zijn gebed gezongen heeft, knielt heel het koor (de andere ster van de avond) en volgt hem a capella met een onwaarschijnlijk piano gezongen koormoment. Kippenvel en hét moment van de voorstelling voor mij.

De Vlaamse Opera is de solisten in Rusland en omstreken gaan halen. Nikolai Putilin zong de titelpartij. Hij heeft een gigantische, zij het monochrome, hoogte waar menige heldentenor jaloers op zou kunnen zijn. De rest van zijn stem heeft veel meer kleur en hij is dan ook een indrukwekkende Mazeppa, ook qua scenische uitstraling.

Wat me bij deze zangers telkens weer opvalt, is met welk gemak ze deze rollen zingen. Dat geldt ook voor Mikhail Kit die vooral rust en berusting uitstraalt als Kotsjoebej. Zijn stem klonk de hele tijd wel redelijk vlak en vermoeid. Leandra Overmann was iets minder als Ljoebov. Zij gebruikt een hoop verschillende onsamenhangende stemmen en probeert haar geroep en getier te laten doorgaan voor expressie.

Het "jonge" koppel bestond uit Viktor Lutsiuk, die zijn heroïsche stem leende aan Andrej, en Tatiana Pavlovskaya als Maria. Beide zangers hebben, wat ik zou kunnen omschrijven als, een typisch Russische stem... stevig, groot, lichtjes nasaal en met veel "beet". Het zou me niet verbazen als we Pavlovskaya volgend seizoen terughoren in Yevgenij Onegin. Ik heb er in alle geval niets op tegen.

Publicatie: maandag 16 februari 2009 om 17:56
Rubriek: Opera