Pavol Breslik in De Munt
Na een aantal opmerkelijke Mozartvertolkingen in de Munt als Ferrando en Belmonte is de Slovaakse tenor Pavol Breslik terug in de Munt voor een liedrecital. Samen met de pianist Robert Pechanec brachten ze een volledig Slavisch liedprogramma met Russische, Tsjechische en Slovaakse muziek.
Aangezien ik zijn Mozart wel kon smaken, had ik hoge verwachtingen voor zijn liedrecital... maar dat bleek niet helemaal uit te draaien zoals ik gehoopt had. Hij zingt teveel als een archetypische operatenor die ook eens liederen zingt, met veel forte en niet voldoende nuancering. Hij heeft nochtans het potentieel en probeert zijn stem enigszins te kleuren, maar door al dat getrompetter treedt er een zekere homogenisatie op in zijn vertolking.
Desalniettemin waren er toch een paar momenten dat hij liet horen tot wat hij in staat is. Hij zong onder andere vier liederen van Tchaikovsky die een mooi geheel vormden. Opvallend was daarbij hoe hij de unieke vocale kleuren van het eerste lied Sred schumnowa bala (In het tumult van een bal) - wat hees en bewust kortademig om zijn verlangen uit te drukken - liet terugkomen in het laatste lied Den li carit (Heerst de dag ?).
Het zijn meestal de liederen waarin hij zich beheerst om piano te zingen die het meest overtuigen. Het lied Vesper Dominicae van de mij onbekende componist Mikulás Schneider-Trnavsky was er zo één, waarin hij rustig vertelt over een moeder die een gebedenboek leest. Ook het eerste lied uit het Rachmaninov-groepje Ne poj, krasawitsa (Zing niet voor mij) begon en eindigde prachtig, maar met wat overdreven machogedrag in het middendeel.
Dat hij nog vooral een operazanger is, werd duidelijk op het einde met twee grappige liederen van Jevgenij Irsaj (nog een componist waar ik nog nooit van gehoord had). Der Floh is het bekende verhaal van de koning die zijn geliefde vlo tot minister benoemt, vooral bekend in de versies van Beethoven en Mussorgksy. Bumerang gaat over een boemerang die maar niet wil terugkomen. Beide liederen werden volledig uitgeacteerd, in die mate dat hij halverwege het laatste lied zelfs het podium afstormde om die boemerang te gaan zoeken... Het feit dat beide liederen in het Duits waren (en daardoor in een voor mij begrijpbare taal), zal ongetwijfeld ook meegespeeld hebben in mijn appreciatie.
Met de bisnummers ging hij op hetzelfde élan voort met een uitmuntende uitvoering van Vaseks Stotteraria uit De verkochte bruid en Tamino's Portretaria. Het laatste bisnummer was minder uitmuntend en kan zelfs als paniekerig omschreven worden waarbij het angstzweet hem uitbrak vanaf de eerste lastige noot van "Götterbild". Pavol Breslik heeft onmiskenbaar de mogelijkheden en de intelligentie om een goede liedzanger te worden, maar zo ver is hij nu nog niet.
Publicatie: maandag 15 januari 2007 om 08:40
Rubriek: Liedrecital