Arabella in Luik
In tegenstelling tot de twee andere Belgische operahuizen, begint de Waalse Opera haar seizoen met een nieuwe productie, althans nieuw voor België. Deze Arabella stond vorig seizoen op het podium van Toulouse.
Het is een productie die me maar matig kon boeien. Het eerste bedrijf is zelfs slaapverwekkend saai. Zowel de componist als de regisseur Pierre Médecin dragen daarvoor de gedeelde verantwoordelijkheid. Wat mij betreft, is Richard Strauss erin geslaagd om meer dan een uur absoluut oninteressante muziek te schrijven... Eventuele Straussfans zullen me waarschijnlijk tegenspreken, maar ik vind hier niet veel boeiends. Het tweede bedrijf en derde bedrijf zijn iets beter, alhoewel ze ook hun "longeurs" kennen.
Pierre Médecin volgt ook de "originele" benadering om de handeling te verplaatsen naar de tijd van de compositie. Zeker als dat begin de jaren '30 is zoals met Arabella, verkeren ze in de illusie dat het iets bijbrengt door de opera te situeren tegen de achtergrond van het opkomend nazisme. Voor wie de leren vesten of de blauwe engel van Fiakermilli (Mélanie Boivert) niet duidelijk genoeg zouden zijn, verschijnt in de slotscène ook nog een adelaar met hakenkruis.
Om in de sfeer te blijven, is het dan ook een heel donkere enscenering. Even is er een scherm met verschillende hotelkamerdeuren - het doet even denken aan de Arabella in de Vlaamse Opera - maar daar wordt niet echt veel mee gedaan. Eenmaal die muur met deuren opgetrokken wordt, zien we een krakende trap in zwart marmer. Het lijkt meer op een mausoleum in plaats van een Weens hotel. Het is allemaal nogal deprimerend, met als bijkomend nadeel dat de theatrale mogelijkheden van zo'n podiumbrede trap nagenoeg nihil zijn... zoals andere trapproducties al eerder bewezen hebben.
De bezetting is weliswaar redelijk homogeen, maar van gemiddeld niveau. Enkel Werner Van Mechelen, die zijn roldebuut maakt met Mandryka, en Gilles Ragon (Matteo) zorgen voor een paar boeiende momenten. De Graf Waldner van Tómas Tómasson is dan weer veel te serieus geportretteerd. Graf Waldner is weliswaar geen buffo-bas zoals Baron Ochs, maar het gaat toch die richting uit. Maar komische elementen passen uiteraard niet in dit concept.
De twee zussen klinken ook als zussen. Mireille Delunsch zingt ook voor de eerste keer Arabella, maar ze is nauwelijks te onderscheiden van Anne-Catherine Gillet (Zdenka). Er is voorlopig nog niets dat me kan overtuigen dat Delunsch op het einde van het seizoen in staat gaat zijn om Elsa (die van Lohengrin) te zingen in de Bastille. Daarvoor hangt er niet genoeg vlees aan haar stem en zingt ze te vaak met een snerpend timbre.
Wat mij betreft, heeft de Waalse Opera de start van het nieuwe seizoen gemist.
Publicatie: woensdag 27 september 2006 om 20:32
Rubriek: Opera