Thomas Quasthoff in Keulen
Het recital dat Thomas Quasthoff en Graham Johnson gaven in de Kölner Philharmonie had een geïntegreerd onderdeel moeten worden voor de Mozartfestiviteiten van volgend jaar. Graham Johnson had namelijk in de reeks "Die Kunst des Liedes" voor verschillende zangers vijf programma's gebouwd rond Mozarts liederen.
Het recital met Quasthoff zou de oertijd van de liedkunst verkennen vanaf Mozart, via Goethe-liederen van mindere goden zoals Zelter of Reichardt, tot de eerste Liedcyclus An die ferne Geliebte van Beethoven. Het zou een mooi opgebouwd programma geweest zijn, waarin duidelijk de hand van Graham Johnson te herkennen was. Maar aan het begin van het recital verontschuldige Quasthoff zich dat hij geen tijd heeft gehad (een nogal flauw excuus, vind ik) om alle nieuwe liederen in te studeren. Het gevolg was dat we wel een half recital te horen kregen met, voor Quasthoff, nieuw repertoire en een half recital met Mahler-liederen die hij ook al op de Schubertiade samen met Graham Johnson uitgevoerd had.
Om te beginnen is het nuttig te weten dat Quasthoff drie bisnummers gezongen heeft. Maar ze waren verspreid over de hele avond, zodat hij met een onnavolgbare Ich bin der Welt abhanden gekommen kon eindigen... na zijn Bruderschaft-preek met verwijzingen naar de rellen in Frankrijk en de staat van het muziekonderwijs in Duitsland. Net zoals bijvoorbeeld Gerard Mortier, is Quasthoff ook iemand die vindt dat artiesten politieke standpunten moeten innemen.
Hij begon zijn concert dus met een bisnummer. Met Sarastro's Hallen-aria bracht hij eerst eer aan de Keulse concertzaal, om daarna vier Mozart-liederen te zingen. Je voelt meteen dat die liederen nog geen comfortabele plaats in zijn stem gevonden hebben. Maar zijn tekstinkleuring is wel al in topvorm, zowel in Die Zufriedenheit - heerlijk plechtstatig gezongen "Die göttergleichen Herr'n der Erden" - als in Die betrogene Welt waarin hij de slotconclusie van elke strofe - "Die Welt will ja betrogen sein, drum werde sie betrogen" - duidelijk benadrukt. Abendempfindung is een van Mozarts schitterendste liederen. Daarom misschien dat dit Mozart-lied Quasthoff ook het best van al lag en één waarin hij zijn lange legatolijnen mezza voce kan uitspinnen.
Voor hij aan An die ferne Geliebte begon, zong hij eerst als contrast het typische Beethoven-bisnummer Der Kuss, waarbij hij het slot zo lang mogelijk uitrekte om de "clou" zo lang mogelijk uit te stellen. Maar het was uitkijken naar de Beethoven-cyclus. Met dit werkt voegt hij weer een trofee toe aan zijn repertoire. Van het lyrische Sehnsucht-overgoten eerste lied Auf dem Hügel sitz ich, spähend zinkt hij nadien weg in de pijn van de herhaalde "möchte ich sein" van Wo die Berge so blau om nadien staccato doorheen Leichte Segler in den Höhen te huppelen. Zijn Beethoven-debuut was daarmee een geslaagd feit en als hij deze cyclus definitief in zijn repertoire opneemt, dan zal zijn interpretatie ongetwijfeld nog meer groeien.
De liederen van Mahler zijn bekend terrein, hij kan ze zelfs in zijn slaap zingen, denk ik. Zijn interpretatie van de Kindertotenlieder was even intens als anders. En naar de Wunderhorn-Lieder kan je blijven luisteren. Elke keer is Antonius' vissenpreek weer een plezier, en in de drie soldatenliederen - Der Schildwache Nachtlied, Revelge en Der Tamboursg'sell - combineert hij strijdlust, vermoeidheid en afkeer van de oorlog. Als hij tenslotte eindigt met Urlicht dan is dat pure schoonheid, enkel geëvenaard door Ich bin der Welt abhanden gekommen.
Publicatie: maandag 7 november 2005 om 22:02
Rubriek: Liedrecital