Pikovaya Dama in Essen
Na de Hollywood-enscenering in Düsseldorf, brengt de opera van Essen nu een Pikovaya Dama in het grauwe Rusland... tenminste, het deel van Tchaikovksy's opera dat niet in de prullenmand van regisseur Philipp Himmelmann beland is.
Gravin, Hermann (foto © Forster)
De uitvoeringstijd van een Pikovaya Dama gaat gewoonlijk richting drie uur, in Essen duurde de voorstelling iets meer dan twee uur, uitgevoerd zonder pauze. Alles wat iets teveel naar de pracht en praal van het 18de eeuws Sint-Petersburg verwijst, werd meedogenloos geknipt, waaronder de spelende en zingende kinderen in het eerste bedrijf of het pastoraal divertissement van het tweede bedrijf.
De voorstelling speelt zich af in een - akoestisch niet optimaal - grijs, open eenheidsdecor met zicht op een fabriek aan een rivier. Hermann, Lisa, Tomski & Co leven daar in de vuiligheid van het industrieterrein. Het zouden daklozen kunnen zijn of aan lager wal geraakte soldaten of gewoon langharig tuig. Bij het begin van de opera ligt Hermann in een plas water, Jeletski zit in een lederen zetel, Lisa en de Gravin op een stalen rolbed. In deze omstandigheden kan ik me voorstellen dat Hermann alles doet om met het geheim van de drie kaarten rijkdom te vergaren en uit deze wereld te ontsnappen. Waarom hij dan denkt dat hij dat geld bij zijn vrienden kan vinden, is een vraag die we ons waarschijnlijk niet moeten stellen.
Jeletski valt in deze omgeving volledig uit de toon. Hij zit mooi in het pak, misschien werkt hij in één van die fabrieken aan de overkant van de rivier en is verliefd geworden op Lisa. Lisa moet duidelijk niet veel van hem hebben en verzet zich als ze in een vuil bruidskleed, dat mogelijk alle vrouwen uit die gemeenschap al eens aangehad hebben, gehesen wordt. Himmelmann laat Lisa niet in de rivier springen (ze wordt op het laatste moment door Jeletski gered) en ook Hermann overleeft zijn verloren kaartspel. Op het einde ligt hij weer in die plas water, Jeletski zit in de lederen zetel, Lisa en de Gravin op het stalen rolbed...
De Gravin krijgt in deze enscenering een centrale rol. Ze is aan het dementeren en heeft constant haar portet van "de Venus van Moskou" bij zich. Op het einde van de "balscène" verschijnt zij verkleed als Catharina de Grote. Voor een keer werd deze rol eens niet bezet door een mezzo-op-leeftijd. De Nederlandse alt Helena Rasker speelt Himmelmanns visie op de Gravin met overtuiging, maar zingt de Grétry-aria in onverstaanbaar Frans. Nog een Nederlandse vinden we in de rol van Lisa. Gabrielle Mouhlen is de nieuwe spinto-sopraan in het ensemble van Essen, maar ze zingt Lisa vrij lyrisch met af en toe wat spinto-kleuren en genepen hoge noten.
Bij de mannen hoorden we enkele oude bekenden. Almas Svilpa zong als Tomski een goede ballade van de drie kaarten. Heiko Trinsinger was een correcte Jeletski. Wat de Hermann betreft, hield ik al vrij snel mijn hart vast. Het is sowieso een zware rol en alles geconcentreerd op twee uur zingen, lijkt me dan ook een extra uitdaging. Als Sergey Polyakov halverwege zijn eerste aria er vocaal al doorzat en een paar keer net niet kraakte, vreesde ik het ergste. Maar hij herpakte zich voldoende, zonder echt memorabel te worden.
Publicatie: zondag 17 november 2019 om 09:21
Rubriek: Opera