La traviata in Wenen
In 2011 vond de Wiener Staatsoper het hoognodig om een nieuwe La traviata voor te stellen. Die nieuwe productie werd unaniem verguisd. Totaal onterecht wat mij betreft.
Germont (foto © Michael Pöhn)
Die afkeer had misschien te maken met het feit dat twee generaties Weners opgegroeid waren met de Traviata-productie van Otto Schenk en ze zich geen Traviata kunnen voorstellen zonder rood fluweel. Toegegeven, het contrast met de productie van Jean-François Sivadier is wel groot. Maar naar hedendaagse maatstaven is het een vrij normale productie. Het enige storende element is om, net zoals bij de befaamde Decker-productie, Violetta en Alfredo te laten dollen tijdens "De' miei bollenti spiriti".
Het decor is zéér minimalistisch opgevat met enkel een houten theatervloer en een zwarte muur achteraan. Tijdens het eerste bedrijf staat daar "la vita s'addoppia al gioir" op gekalkt. Tijdens het feest bij Flora enkel nog "Violetta traviata"... wat tijdens het derde bedrijf traag afgeveegd wordt naarmate Violetta dichter bij haar einde komt. Verder een paar eenvoudige stoelen en beschilderde doeken met wolken en gras om aan te geven dat het tweede bedrijf zich op het platteland afspeelt.
Dit alles wordt af en toe aan het oog onttrokken door een gordijn, waarvoor enkel Violetta en Annina optreden. De opera begint ook op die manier met gesloten doek: Annina geeft Violetta nog haar medicijnen en Violetta brengt nog wat make up op... klaar voor het feest. Het derde bedrijf begint gelijkaardig, ze trekt haar feestjurk uit, verwijdert de schmink... klaar voor het aangrijpende laatste bedrijf. Eenvoudig en toch, of net daarom, pakkend.
Dit was indertijd een co-productie met Aix en die voorstelling werd nadien ook uitgebracht op DVD, met Natalie Dessay in de titelrol.
Violetta, Alfredo (foto © Michael Pöhn)
Albina Shagimuratova is een nieuwe naam voor mij... of toch niet helemaal. Afgelopen zomer kwam ze even in het nieuws omdat ze ziek was en ze in allerijl vervangen werd door de Belgische Emma Posman als Königin der Nacht op de Salzburger Festspiele. Gisteren was Shagimuratova echter niet ziek...
Ze zingt met een grote en warme stem, eigenlijk niet het soort stem dat ik meteen associeer met een Königin der Nacht maar wel één die uitermate geschikt is voor Violetta. Ze beschikt over de nodige flexibiliteit voor "Sempre libera", alhoewel ze aanvankelijk bij hoge forte noten veel vibrato laat horen wat haar bijdrage tot "Libiamo" een uitgewassen karakter gaf. Ze gebruikt ook heel veel, ouderwets heerlijke, portamenti. Tot en met het tweede bedrijf was ik overtuigd dat ik een degelijke tot goede Violetta gehoord had. Maar ik was niet voorbereid voor haar fenomenaal derde bedrijf dat door merg en been ging. Zeer uitzonderlijk was haar "Addio, del passato" met eerst de gesproken brief "Teneste la promessa", dan de schreeuw "E tardi!" en dan het begin van de eigenlijke aria "Attendo, attendo"... alle drie uitgevoerd met één stem, niet de drie onderscheiden registers zoals men zo vaak hoort.
Pavol Breslik blijft een wisselvallige tenor. Hij heeft een paar uitstekende momenten zoals in het duet "Parigi, o cara". Zijn topnoten blijven problematisch met een gewurgde versie van "De' miei bollenti spiriti" en een pijnlijke cabaletta "O mio rimorso". De zanger die op expressief vlak de hoofdvogel afschoot, was uiteraard Simon Keenlyside als Germont. Ik geloof nog altijd niet dat hij geschikt is voor de grote Verdi-rollen, maar zijn Germont is gewoonweg fantastisch. Zelden heb ik zo'n gedetailleerde lezing van "Pura siccome un angelo" gehoord. Elk woord dat hij zingt heeft belang. Als hij om expressieve redenen een rubato wil gebruiken, dan doet hij dat gewoon... zelfs als dat betekent dat Evelino Pidó en het orkest niet meteen volgen. De kers op de taart was een nobele "Di Provenza il mar".
Wie deze voorstelling ook wil zien, moet 23 september noteren voor de livestream.
Publicatie: maandag 17 september 2018 om 07:44
Rubriek: Opera