Il Grand' Inquisitor

Lady Macbeth in Antwerpen

Ik moet toegeven dat, toen ik vorig jaar in de seizoensbrochure van de Vlaamse Opera las dat Calixto Bieito de regie zou doen van Shostakovitch' Lady Macbeth uit het district Mtsensk, ik het ergste vreesde. Een opera met een behoorlijke hoeveelheid seks en geweld lijkt op zijn maat gemaakt te zijn...


foto's © Annemie Augustijns

De vrijscènes worden weliswaar visueel in beeld gebracht en de geweldscènes komen realistisch over, maar Bieito gaat nergens echt uit de bocht. Er is zelfs nauwelijks een blote borst te bespeuren. Dit moet één van Bieito's meest tekstgetrouwe ensceneringen zijn, die bij momenten zelfs muzikaal gedacht is.

Mtsensk is hier een vervallen mijnwerkersstad. In een grauwe omgeving met modderige zwarte grond staat een stalen constructie (een indrukwekkend decor van Rebecca Ringst). Als de muren openschuiven zien we het smetteloos witte container-appartement waar Katerina, Zinovi en Boris wonen. Hoe meer personages - letterlijk - met hun vuile voeten door het appartement lopen, hoe vuiler het wordt. De parallel met het uitzichtloze leven van Katerina waarin de moorden zich opstapelen is evident.

Katerina zit opgesloten in dat wereldje waar ze bepoteld wordt door haar schoonvader Boris (en zelfs de priester). Ze probeert respect af te dwingen van de werknemers van haar man Zinovi. Maar die illusie wordt krachtig doorbroken door de nieuweling Sergej. Haar oplaaiende passie moet ze afkoelen met ijsblokjes in de ijskast. Alles wat Bieito bedacht heeft, is logisch en draagt bij tot een meeslepende uitvoering.

Hij slaagt er zelfs in om het koor een zinvolle bezigheid te geven. Soms volgen ze de meute, bijvoorbeeld tijdens de groepsverkrachting van Aksinja. Maar als ze op weg zijn naar Siberië krijgt elkeen een eigen karakter met zijn eigen kleine kantjes. De overgang naar dat vierde bedrijf is trouwen ook het vermelden waard. De ombouw gebeurt niet achter gesloten doek. We zien hoe de techniekers van de Vlaamse Opera in recordtijd het volledige appartement afbreken tot enkel het naakte staalskelet overblijft. Suggestieve belichting zorgt voor de juiste sfeer.

Er is één moment waar het drama het haalt van de muziek. Net voor Zinovi terugkeert, beginnen Katerina en Sergej te fluisteren. Zelfs als ik Russich zou verstaan, dan zou ik er nog geen letter van begrepen hebben. Gelukkig zijn er dan boventitels.

Shostakovitch heeft een uiterst kleurrijke partituur geschreven en chef-dirigent Dmitri Jurowski trekt alle registers open. Het orkest bestrijkt het grootst mogelijke dynamische palet, waarbij de muzikale grapjes en contrasten goed in de verf gezet worden. De "banda" wordt een fanfare die in het tweede deel vanop het stalen decor lustig de zaal in blaast. Op het einde van het tweede bedrijf worden ze - voor maximaal effect - zelfs opgesteld in de zijloges vooraan het eerste balkon... de paar mensen die daar net voor zitten, kregen voor alle veiligheid een paar oordopjes toebedeeld.

De Vlaamse Opera heeft ook een topbezetting verzameld. De prestatie van Ausrine Stundyte als Katerina is ronduit fenomenaal. In het eerste bedrijf heeft haar laag register nog wel weinig gewicht. Maar voor de rest zingt en speelt ze dat de stukken eraf vliegen met een ongeziene intensiteit. Ladislav Elgr zette ook een overtuigende Sergej neer met zijn Slavisch tenor. Voor Boris hadden ze de veteraan John Tomlinson geëngageerd. Hij heeft nog altijd een krachtige basstem, die enkel wat begint te wobbelen als hij zijn stem onder druk zet.

Het zal duidelijk zijn dat ik dit een uitstekende voorstelling vind die iedereen zou moeten gaan zien...

Publicatie: zaterdag 22 maart 2014 om 09:07
Rubriek: Opera