Christian Gerhaher in de Munt
Na Roman Trekel, Matthias Goerne en Thomas Quasthoff is Christian Gerhaher de vierde belangrijke liedbariton die ik live Brahms' Die schöne Magelone hoor zingen. De drie eerste was telkens op de Schubertiade Schwarzenberg, Gerhaher trad op in de Munt. Dat is op zich uitzonderlijk, aangezien het een werk is dat zelden opgevoerd wordt en zich moeilijk laat verplaatsen buiten het Duitstalig taalgebied.
De reden daarvoor ligt voor de hand. Die schöne Magelone is een cyclus van 15 liederen gebaseerd op de epische vertelling van Ludwig Tieck over Graaf Peter en zijn geliefde Magelone. Het heeft weinig zin om enkel de liederen op te voeren. Om het verhaal duidelijk te maken zijn bindteksten nodig. Voor deze voorstelling had de Duitse auteur Martin Walser nieuwe teksten geschreven, weliswaar gebaseerd op de teksten van Tieck maar in iets moderner Duits. Walser, een kranige tachtiger, las de teksten ook zelf voor.
Christian Gerhaher is zonder enige twijfel één van de grote liedzangers van het moment. Hij heeft een weke bariton, die soms wat kern mist, wat hem parten speelt in de paar dramatischere liederen. Maar voor de rest zingt hij met een juist gedoseerde inleving, schitterende tekstduiding en vooral een weergaloze tekstprojectie. De voorgedragen teksten van Walser (versterkt met microfoon, trouwens) gaan naadloos over in de gezongen teksten van Gerhaher, die even perfect verstaanbaar is als Walser. Brahms heeft niet alle gedichten van Tieck getoonzet, maar die ontbrekende gedichten werden ook opgenomen in het recital, twee ervan werden voorgedragen door Gerhaher... en het gekke is dat zijn spreekstem helderder klinkt dan zijn zangstem maar dat zijn zangstem beter verstaanbaar is.
Nu, om eerlijk te zijn... ik vind Die schöne Magelone niet van het zelfde niveau als de liedcycli van Schubert of Schumann. Het duurt altijd een hele tijd vooraleer ik mee ben met het verhaal. De klik vindt plaats rond het midden als de opbouw naar de scheiding van Peter en Magelone zich ontwikkelt. Ook in deze voorstelling was dat zo. Na een magische Wir mussen uns trennen, zong Gerhaher het slaaplied Ruhe, Sussliebchen, im Schatten ontroerend mooi, gevolgd door het onstuimige So tönet denn, schaumende Wellen. In dat laatste lied is het echter vooral de pianist Gerold Huber die al zijn virtuositeit mag botvieren.
De zaal zat spijtig genoeg maar half vol, maar zanger, verteller en pianist waren omgeven met microfoons, dus ik vermoed dat het recital ooit wel eens op de radio zal te (her)beluisteren zijn.
Publicatie: donderdag 27 oktober 2011 om 21:54
Rubriek: Liedrecital