Il Grand' Inquisitor

Alceste in De Munt

Vijf jaar geleden was Glucks opera Alceste te zien in het Théâtre du Châtelet in een regie van Robert Wilson. De Munt heeft deze productie nu naar Brussel gehaald.

Het voordeel van een Wilson-productie is dat je op voorhand weet wat je kan verwachten. Het achterdoek heeft meestal een van blauw naar wit verlopende kleur. De zangers bewegen in slow-motion, al dan niet achterwaarts, over de scene met verkrampte armbewegingen. Het scenebeeld is esthetisch verantwoord en de personenregie is meer een choreografie die weinig speling laat voor de individualiteit van de zanger.

In het geval van Alceste was het niet anders. Het is nog het best om de voorstelling als een oratorium te benaderen, verluchtigd met mooie plaatjes. En vooral je hoofd niet te breken over de diepere betekenis van rondvliegende kubussen, zwevende plexiglazen platen of gekleurde driehoeken.

Het werk op zich is nogal wisselvallig. Vooral het eerste bedrijf lijdt aan eentonigheid. Pas op het einde wordt het even interessant wanneer de bekende aria "Divinités du Styx" had moeten komen. Maar die was bijna onherkenbaar vervormd met een andere tekst tot "Ombres, larves". Het tweede bedrijf is wel schitterend. Het begint jubelend met de wonderbaarlijke genezing van Admète om te eindigen met de ontdekking dat hij dit te danken heeft aan de opoffering van Alceste. Het laatste bedrijf is minder sterk, maar heeft toch zo zijn momenten.

De mezzo Katarina Karnéus zingt de rol van Alceste. Haar stem klonk enigszins omfloerst waardoor ze soms moeilijk verstaanbaar was. Maar het klinkt allemaal wel mooi, ook al hadden de verschillende dramatische situaties iets meer gedifferentieerd mogen worden. Heel mooi was ook haar slotaria van het tweede bedrijf, die me trouwens wat deed denken aan "J'ai perdu mon Euridice".

Verstaanbaarheid was totaal geen probleem bij Kurt Streit. Hij zingt Admète met een open, voorwaarts geplaatste stem. Die helderheid geeft hem iets heroïsch en autoritairs wat perfect past voor een koning. Telkens als hij op toneel komt en begint te zingen, krijgt de scene plots vaart en wordt het interessant. Dat ligt misschien ook aan het feit dat zijn grootste optreden in het tweede bedrijf ligt, dat op zich al boeiend is omwille van de confrontatie met Alceste.

Publicatie: vrijdag 30 januari 2004 om 19:11
Rubriek: Opera