Attila in Luik
De Opéra Royal de Wallonie begon zijn seizoen met Attila, één van die vroege Verdi-opera's die hij schreef tijdens zijn "anni di galere" en die maar zelden opgevoerd worden. Het is van 1993 geleden dat het werk nog in België te horen was... bij de Vlaamse Opera, en dan nog in een concertante opvoering.
Vormelijk zit de opera nog volledig ingebed in de eerste helft van de 19e eeuw met de gebruikelijke aria-met-cabaletta en de typisch Verdiaanse meeslepende koorpartijen. Een opvoering van Attila staat of valt dan ook met de vocale prestaties van de hoofdrollen. Ik zal niet zeggen dat de voorstelling in Luik gevallen is, maar ze had toch veel moeite om overeind te blijven...
De hoofdrol was nochtans meer dan degelijk bezet met de Georgische bas Paata Burchuladze. Met zijn zwarte stem gaf hij vocale autoriteit aan de koning der Hunnen. Zijn relaas van zijn droom "Mentre gonfiarsi l'anima" was indrukwekkend en van het beste dat gisterenavond te horen viel. Desalniettemin haalt hij soms de mixer door zijn Italiaanse uitspraak en begint zijn vibrato uit te deinen in de richting van de gevarenzone, alhoewel het mij nog niet echt stoort.
Hetzelfde geldt trouwens voor Marcel Vanaud die ook volop bezig is een "wobble" te kweken, maar bij hem begint het mij wel te storen. Misschien ook omdat hij vooral luid zingt en niet veel subtiliteit bijbrengt in de rol van Ezio.
Een echt probleemgeval is de sopraan. Odabella is een rol waar je een dramatische sopraan "di forza e d'agilità" voor nodig hebt... vergelijkbaar met Abigaille uit de eerder gecomponeerde Nabucco of Lady Macbeth uit de opera die Verdi meteen na Attila zou componeren; het is niet evident om deze rollen op een overtuigende manier te bezetten. In Luik hebben ze beroep gedaan op de Franse sopraan Michèle Lagrange die wel zou kunnen voldoen op het vlak van de "forza", maar qua "agilità" veel te wensen overliet... ze probeerde bijvoorbeeld wel iets te doen dat op een triller leek in haar cabaletta, maar dat idee liet ze snel varen, om nog maar te zwijgen van een hoop slordige arpeggio's. Maar ze heeft dus wel een dramatisch geluid, waarbij ze uitbundig gebruik maakt van haar borststem. Op zich is dat wel opwindend, alleen spijtig dat haar lage register niet homogeen gemaakt is met de rest van haar stem. Het lijkt wel alsof ze Celestina Boninsegna als rolmodel genomen heeft.
De tenor Zwetan Michailov heb ik al in betere doen geweten, verleden jaar bijvoorbeeld toen hij Ernani zong. Het is misschien omdat het de laatste voorstelling van Attila was, maar hij klonk vermoeid en haalde meer op karakter dan wat anders het einde van de voorstelling.
Deze productie, afkomstig van de Opéra National du Rhin, situeert zich in de hedendaagse tijd in een of ander bezet land. Het koor loopt gekleed in paracommando-pakjes en Attila is de dictator van dienst. Op zich is dit een redelijk uitgangspunt... als ze er tenminste niet zo'n rommeltje van zouden maken dat bij momenten grensde aan het belachelijke. Zo wordt de beroemde scene waar Ezio de wereld komt aanbieden aan Attila als hij Italië maar mag houden - wat in Verdi's tijd de patriottische gevoelens nogal deed oplaaien - "verduidelijkt" door twee mannen die op een draagbaar een wereldbol binnendragen.
Het absolute dieptepunt was de feestscene in het tweede bedrijf. De soldaten amuseren zich met een paar veroverde Italiaanse maagden en Attila voegt zich bij zijn soldaten omgeven door een aantal meisjes van lichte zeden die zich ook in het feestgedruis werpen... een scene die wel heel amateuristisch gebracht werd.
Een zo zelden opgevoerde opera als Attila verdient beter.
Publicatie: zondag 29 september 2002 om 15:09
Rubriek: Opera