Kate Royal en Christine Rice in Brussel
Felicity Lott en Ann Murray zijn de ongekroonde koningingen van de liedduo's. De sopraan Kate Royal en de mezzo Christine Rice behoren tot de jongere generatie en doen schuchtere pogingen om in de voetsporen te treden van hun illustere landgenoten. Gisteren gaven ze, samen met Roger Vignoles, zo'n duettenrecital in het Brussels Conservatorium dat vooral interessant was omwille van de programmakeuze met liederen die we maar zelden horen.
Ze beschikken nog niet over de flair en de naturel van Flott en Murray, wat misschien de reden is waarom ze hun programma redelijk serieus hielden... dus geen Flanders & Swann of cabaret songs. Het meest frivool waren nog de Rossini-liederen uit Les soirées musicales waarmee ze avond afsloten. Maar de rest van het programma is erg vergelijkbaar met wat meestal op duorecitals te horen is, met duetten van Mendelssohn en Brahms (voor een duet van Schumann, Sommerruh, moesten we wachten tot de bisnummers) en Franstalige duetten van Gounod en Chausson.
Ze zongen ook een paar sololiederen, zodat de kwaliteiten van de twee zangeressen ook individueel te horen waren. In het geval van Kate Royal zijn die kwaliteiten redelijk beperkt. Mendelssohns Pagenlied had wel het nodige Cherubino-karakter, maar ze acteerde een en ander iets teveel uit. Mendelssohns beroemdste lied, Auf Flügeln des Gesanges, zong ze met weinig poëtische inleving. Haar stem vind ik op zich ook weinig boeiend met een hoogte die losgekoppeld lijkt van de rest. Ik weet niet of ze me een hele avond met een solorecital zou kunnen boeien.
Christine Rice is uiteraard bekend van haar heroïsche Handelvertolkingen in de Vlaamse Opera. Technisch zit haar stem ook een stuk steviger in elkaar, waardoor Rossini's L'invito een indrukwekkend hoogtepunt was. In haar solo-Mendelssohn, Venezianisches Gondellied, schitterde ze dan weer dankzij haar sensueel donker timbre... ondanks het feit dat het eigenlijk een "mannenlied" is.
Publicatie: vrijdag 9 januari 2009 om 18:31
Rubriek: Liedrecital