Julian Prégardien & Co in deSingel
De blauwe zaal van deSingel was gisteren vrij goed gevuld voor een liedrecital. Vier zangers en twee pianisten brachten liederen, duetten en kwartetten van Schumann.
De hoofdbrok van de avond bestond uit de Spanische Liebeslieder en het Spanisches Liederspiel, allemaal liederen op teksten van Emmanuel Geibel. Ik was me er zelf niet van bewust, maar Geibel blijkt - na Heine - de dichter te zijn die door Schumann het meest getoonzet werd. Tijdens het tweede deel van de avond werden nog meer Geibel-liederen opgevoerd, die gerust als obscuur omschreven mogen worden. Een lied als Der Hidalgo kom je af en toe wel tegen, maar de Vier Balladen vom Pagen und der Königstochter (opus 140) had ik nog nooit gehoord. Het is eigenlijk een werk voor koor en orkest, maar ene Richard Kleinmichel heeft er rond 1860 een reductie voor vierhandig piano en vier solisten van gemaakt.
Die vier handen aan de piano waren die van Christoph Schnackertz en Ainoa Padrón. Schnackertz heb ik vorig jaar voor het eerst gehoord op de Schubertiade en vond hem toen een vrij tamme pianist. Hij kon me gisteren niet van het tegendeel overtuigen. Dit in tegenstelling tot Padrón die veel flamboyanter uit de hoek kwam en zich veel meer een plaats toeëigende naast de zangers.
Het solistenkwartet werd aangevoerd door Julian Prégardien, tevens het brein achter het programma. Voor het recital had hij toegestemd om een interview te geven in de foyer. Toen bleek al dat hij leed aan een verkoudheid. Dat werd nog duidelijker tijdens het recital. In zijn eerste lied O wie lieblich ist das Mädchen waren er al wat haperende noten en ook de rest van de avond moest hij zich doorheen zijn passaggio forceren. Maar los daarvan was hij de meest expressieve zanger van de vier.
Alhoewel, Lydia Teuscher gaf ook een sterke vertolking - vooral in die Königstochter-balladen - met een heerlijke sopraan vol subtiele weerhaakjes en efficiënte mimiek. Ulrike Malotta heeft een warme mezzo die soms neigt naar alt en is een zangeres die ik best wel wil terughoren. Martin Berner benaderde de meeste van zijn liederen als de buffo-bas van het gezelschap (wat niet helemaal ongepast is), al waren er toch in het begin wat kwakkelnoten die opgeraapt moesten worden.
Alles bij elkaar een zeer leuk recital om het liedseizoen in deSingel af te sluiten. Ondertussen is ook het volgende seizoen bekend. Het is weer een mooie reeks, waarbij ik vooral uitkijk naar Sylvia Schwartz en Marie-Nicole Lemieux. Maar ook "Die schöne Magelone" met Roman Trekel zou de moeite waard moeten zijn, om nog maar te zwijgen van het vervolg van de Poulenc-lezingen van Graham Johnson.
Publicatie: donderdag 27 april 2017 om 16:00
Rubriek: Liedrecital