Simon Bode bij de Kissinger Sommer
Het had een Schumann-recital moeten zijn met Hanna-Elisabeth Müller in het Maria Bildhausen-klooster in Münnerstadt. Maar ze werd gevraagd om Eudoxie te zingen in München en annuleerde haar liedrecital. De jonge Duitse tenor Simon Bode en de pianist Nicholas Rimmer schoten de Kissinger Sommer ter hulp. Simon Bode kan perfect toegevoegd worden aan het groeiend lijstje met veelbelovende liedtenors.
Ik kende Simon Bode enkel van de hyperion-Brahms-CD die hij in 2009 opgenomen heeft met Graham Johnson. Hij was toen nog maar 25 jaar oud. Ondertussen is hij spectaculair geëvolueerd en is hij een begenadigd liedzanger geworden, die in zijn programma verschillende componisten de revue liet passeren, met ook een aantal minder bekende liederen.
Met Mendelssohns Sechs Gesänge opus 19 gaf hij meteen een staaltje van zijn veelzijdigheid. Winterlied krijgt de sfeer van een ballade, waarmee hij het publiek aan zijn lippen liet hangen. Met Neue Liebe ging hij de spooktoer op en met de meeslepende melodie van Reiselied liet hij horen dat er ook een potentiële operette-zanger in hem zit.
Korngold is de onbekendere liedcomponist en zeker als gekozen wordt voor Eichendorff-Lieder die de nog jonge componist net na de Grote Oorlog schreef. Ze hebben soms eerder opera-dimensies waarvoor de akoestiek van de kleine kloosterzaal met veel stenen muren minder geschikt was... maar het leverde wel een hilarisch moment op toen de forte slotnoot van Der Friedensbote buiten de zaal repliek kreeg van een blaffende hond. Maar aan de andere kant van het spectrum kregen we een adembenemend mooie en verstilde uitvoering van Vesper.
Beethovens An die ferne Geliebte had ook zo'n moment als hij "weht so leise der Wind" pianississimo de zaal instuurt. Maar qua intensiteit was niets te vergelijken met zijn ontroerende vertolking van Wolfs Gebet. Al zijn kunnen kwam samen in Der Feuerreiter: het spannend vertellen, de mooie hoogte, het zuivere mezza voce, het intelligent gebruik van rubato, de meeslepende en tekstgerichte frasering, ...
Om af te ronden keerde hij terug naar Beethoven met onder andere een hemelse Adelaide. Er volgden nog drie bisnummers met Schubert (Der Musensohn) en Britten (Sally in our alley). Toen hij als laatste bisnummer de naam Schoenberg liet vallen, ging er even een rilling door het publiek... tot hij het hoogst dubbelzinnige Der genügsame Liebhaber begon te zingen.
Publicatie: maandag 27 juni 2016 om 06:36
Rubriek: Liedrecital