Maria Jette in Eugene
Een van de redenen om naar het Oregon Bach Festival te gaan, was het feit dat Thomas Quasthoff daar vier keer zou optreden. Hij zou o.a. twee maal Die schöne Müllerin zingen, maar omwille van een bronchitis moest hij afzeggen. Voor het eerste recital werd hij vervangen door de - mij onbekende - sopraan Maria Jette en de pianiste Sonja Thompson.
Het meest interessante aan de avond was haar programmakeuze met veel onbekende werken. Ze leidde elk van de vijf groepen met liederen uitgebreid in.
De liederen van Fanny Mendelssohn worden in een recital soms afgewisseld met die van haar broer Felix, maar in dit recital stond Fanny er alleen voor. Twee jaar geleden ontdekte ik haar versie van Die Mainacht tijdens het recital van Magdalena Kozena in deSingel. Het is een versie die zonder problemen naast die van Brahms kan staan. Dat lied heeft me toen dagenlang achtervolgd... maar dat was niet echt het geval na de uitvoering van Maria Jette.
Uit haar inleidingen blijkt dat ze een intelligente en toegewijde zangeres is, die zeker in het liedgenre geïnteresseerd is. Ook technisch zit bijna alles juist. Elke noot wordt goed geplaatst en zelfs haar laagte is solide, ook al verandert haar stem daar van kleur. Haar woordprojectie is ronduit schittered; elke lettergreep is perfect verstaanbaar. Tenminste zolang ze min of meer mezzo forte zingt. Maar ze zingt al te vaak forte waardoor die vocale uitbarstingen te veel overheersen, hun effect verliezen en men op het einde van de avond net niet met hoofdpijn naar huis gaat. Ik denk dat haar interpretaties in kracht en intensiteit zouden kunnen winnen als ze meer nuances zou zoeken tussen piano en mezzo forte.
Na Fanny Mendelssohn kwam Ludwig Spohr. Voor diens Sechs deutsche Lieder op. 103 kregen ze het gezelschap van de klarinetist Michael Anderson. Ook in deze, hoofdzakelijk strofische, liederen kon ze me niet echt ontroeren. Zelfs in typisch romantische liederen als Sehnsucht en Das heimliche Lied ontbrak dat sprankeltje inleving wat dergelijke liederen op een hoger niveau kunnen tillen.
Na de pauze schakelde ze over op Italiaans en Engels. De drie Italiaanse liederen van Johann Simon Mayr werden kleine opera-ariaatjes. Dit was misschien niet de meest gelukkige keuze aangezien zowat alle grupetti onzuiver uitgevoerd werden. De Six Elizabethan Songs van ene Dominick Argento pasten qua idioom niet echt in de rest van het overwegend romatische programma.
Ze besloot met Der Hirt auf dem Felsen en zo kwamen we toch nog uit bij Wilhelm Müller en Franz Schubert...
Publicatie: maandag 5 juli 2004 om 17:38
Rubriek: Liedrecital