Marie-Nicole Lemieux in Parijs
Marie-Nicole Lemieux en Daniel Blumenthal gaven gisteren een liedrecital in het Théâtre des Champs-Elysées. Op het programma stonden twee grote liedcycli van Schumann, afgewisseld met liederen van Brahms.
Ze begonnen met de Eichendorff-Liederkreis, een cyclus die geen echt verhaal vertelt maar wel de natuur als rode draad heeft. Dat gebrek aan verhaal verklaart misschien waarom Marie-Nicole Lemieux in de pauze tussen elke twee liederen naar de grond staart om zich voor te bereiden op het volgende lied, waardoor ze telkens de continuïteit van de cyclus onderbreekt.
Ze bracht deze liedcyclus met veel afwisseling. Zo zong ze het eerste lied In der Fremde volledig piano. Maar voor Waldesgespräch haalde ze al haar interpretatieve gaven uit de kast. Het leek haast of ze Erlkönig aan het zingen was. En voor het slot "kommst nimmermehr aus diesem Wald" zocht ze de diepte van haar warme alt op, waardoor de Lorelei plotseling wel héél mannelijk klinkt. Dit vormde een groot contrast met Die Stille dat ze dan weer heel helder en licht zong met een uitdrukking alsof ze ons een geheimpje wil vertellen. In Mondnacht houdt ze de spanning perfect vast doorheen de lange frases. Maar ik begon toch een zekere laksheid in haar articulatie op te merken, wat in de loop van de avond nog vaker zou opduiken. Op het einde van Zwielicht - "Hüte dich, sei wach und munter" - gebruikte ze weer die heerlijke altstem. Maar het lied werd echter misvormd door slepende tempo's... een ander kenmerk waartoe ze zich te gemakkelijk laat verleiden in de tragere liederen.
Net voor de pauze zong ze de twee Brahms-liederen voor altviool, Gestillte Sehnsucht en Geistliches Wiegenlied. Alle alten en mezzo's hebben deze liederen ooit wel op plaat gezet, maar ik denk dat ik ze nog nooit live gehoord heb. Het is inderdaad niet evident om voor amper 15 minuten een derde artiest te engageren. Wat dat betreft is het een lot dat ze delen met bijvoorbeeld Schuberts Der Hirt auf dem Felsen (wat ik echter wel al verschillende keren live gehoord heb). Lemieux en Blumenthal kregen het gezelschap van altviolist Antoine Tamestit. In het begin leken ze nog wat te zoeken naar de nodige samenhang, waarbij vooral Lemieux de leidende taak op zich nam.
De tweede liedcyclus was Frauenliebe und -leben. Het leek wel alsof Marie-Nicole Lemieux mijn gedachten gelezen had, want nu behield ze wel het contact met het publiek tussen de liederen. Dat maakte een gigantisch verschil. Maar de vertolking zelf was maar middelmatig. Lemieux gaf een overwegend trieste uitvoering, waar weinig vreugdemomenten in waar te nemen waren. Het grote probleem - en dat werd vooral nu duidelijk - is dat Daniel Blumenthal niet de meest geïnspireerde of inspirerende liedpianist is. Hij volgt braafjes de zangeres als een oude-stijl-liedbegeleider. Het meest flagrante voorbeeld kwam bij het eerste akkoord van het laatste lied Nun hast du mir den ersten Schmerz getan. Zeker na het positieve An meinem Herzen, moet dat akkoord de verscheurende pijn van de vrouw weergeven. In de handen van Blumenthal is het gewoon een akkoord dat geen enkel expressie of gevoel uitdrukt.
Om af te sluiten brachten ze nog een reeks Brahms-liederen, waar serieuze en lichtvoetigere liederen elkaar afwisselden. Vooral die laatste liederen, waaronder Ständchen (opus 106) en Vergeblisches Ständchen, bieden Marie-Nicole Lemieux de mogelijkheid om haar guitige kant te laten zien. Maar het waren de grote liederen, zoals Die Mainacht, die bij het mooiste van de avond gerekend kunnen worden.
Voor de bisnummers werd tenslotte uitbunding gegrasduind in Schumanns Myrten met Der Nussbaum, Widmung en Du bist wie eine Blume.
Publicatie: zaterdag 7 februari 2009 om 09:52
Rubriek: Liedrecital