Christine Schäfer in de Munt
Ik ben zelden met zo hoog gespannen verwachtingen naar een recital gegaan als het liedrecital van Christine Schäfer en Eric Schneider in de Munt. Christine Schäfer is een van mijn favoriete liedsopranen en het is al veel te lang geleden dat ik haar nog eens in een liedrecital gehoord heb. Op het programma stond Winterreise.
Ik vind hun opname van Schuberts grootste liedcyclus fantastisch. Live kon Christine Schäfer mij echter veel minder ontroeren. Het is uiteraard niet evident om een overtuigende Winterreise te zingen met haar heldere sopraanstem, omdat je toch een zekere vereenzelviging verwacht tussen de zanger en de, in principe mannelijke, Wanderer. Christine Schäfer blijft echter op een te grote afstand om te kunnen beklijven. Ook in haar gezicht is weinig emotie te zien, alleen speelt er af en toe een cynische glimlach rond haar lippen.
Je zou hun interpretatie excentriek kunnen noemen vanwege de soms wel heel afwijkende tempokeuzes. Gute Nacht vertrekt bijvoorbeeld met een sneltreinvaart. Die Krähe lijkt wel een zenuwachtige kolibri. Het contrast met het volgende lied, een zeer trage Letzte Hoffnung, valt dan weer des te meer op. Echt snelle liederen zoals Der stürmische Morgen of Mut worden dan weer traag gezongen.
De liederen die het best werkten, waren de liederen waar het romantisch verlangen naar de dood een hoofdrol speelt. In liederen zoals Der greise Kopf, Der Wegweiser of Das Wirtshaus maakt ze volgens mij duidelijk dat de Wanderer de cyclus niet overleeft. Ze doet niets dramatisch of waanzinnigs. Het berustende doodsverlangen wordt daarentegen als iets lavends uitgedrukt.
Ik was echter wel aangenaam verrast door Eric Schneider. Ik vind hem meestal nogal bruut, maar ik heb hem nog nooit zo verfijnd en gevoelig horen piano spelen als in dit recital. Het kleine tussenspel van Das Wirtshaus speelde hij zelfs zo etherisch dat ik bijna het gevoel kreeg dat er een grote straal licht uit de hemel zou neerdalen. Anderzijds liet hij regelmatig de spanning los tussen de liederen. Zeker de vier laatste liederen zouden in één grote boog uitgevoerd moeten worden. Maar hij wachtte telkens geduldig tot het publiek lustig uitgehoest was.
Publicatie: dinsdag 20 november 2007 om 08:21
Rubriek: Liedrecital