Petite Messe Solennelle in De Munt
In 1863 kwam Rossini even uit zijn pensioen om een Petite Messe Solennelle te componeren. Die eerste versie was voor koor en vier solisten, begeleid door de verrassende combinatie van twee piano's en een harmonium. Een paar jaar later orkestreerde hij het werk, maar het is de eerste versie die De Munt opvoerde.
Piers Maxim dirigeerde het Koor van de Munt. Zsolt Czetner en Peter Tomek bespeelden elke een Erard-piano van rond 1870. David Miller kon echter niet voldoende volume uit het harmonium halen, waardoor deze specifieke klank verdween in het koor.
Het is een werk dat ik totaal niet kende en ik begrijp nu ook waarom ik dit nog nooit gehoord heb. Het eerste deel is overwegend saai en oninteressant. Vooral de Kyrie was slaapverwekkend, elke spirituele dimensie was afwezig.
De Gloria leek meer op een parodie, wat misschien van Rossini wel te verwachten was. Het grappigste moment daarin was ongetwijfeld het "Domine Deus" voor tenorsolo, wat door een wederom stralende Marius Brenciu gezongen werd. Met een andere tekst zou het zo toegevoegd kunnen worden aan Rossini's "Péchés de Vieillesse". Shadi Torbey toonde niet veel nuances in zijn solo van het "Quoniam tu solus Sanctus". Serena Daolio (sopraan) en Anna Tobella (mezzo) zongen het "Qui tollis peccata mundi" als een duet. Daolio heeft daarin een solomoment, waaruit bleek dat het een naam is om te vergeten. Anna Tobella lijkt veelbelovender te zijn, alhoewel ze maar weinig te zingen had.
Na deze Gloria was het pauze... zodat ik op een niet storende manier de Munt kon ontvluchten.
Publicatie: zondag 15 oktober 2006 om 21:04
Rubriek: Oratorium