Konstantin Krimmel en Katherine Broderick in Oxford*
De "Wanderer" is een iconische figuur in het Duitstalig liedoeuvre van Schubert tot Mahler. Met als dagthema "Romantic Wanderings" beloofde het vandaag dan ook een boeiende dag te worden in Oxford.
In de loop van de dag werden er twee lezingen gegeven door Oxford-professor Neilly Joanna: één over de dichters Heinrich Heine en Wilhelm Müller (die allebei prominent zouden figureren in de twee liedrecitals vandaag), en één over de "romantische Wanderer". Eén en ander werd live geïllustreerd met liederen van onder andere Schubert, Schumann en Brahms met de bronzen bariton van Malachy Frame en de pianist Satoshi Kubo.
Heine was de rode draad doorheen het matineerecital van Konstantin Krimmel en Marcelo Amaral. Het moet niet altijd "Dichterliebe" zijn, en dus hadden ze Schumanns Heine-Liederkreis uitgekozen om het recital mee te beginnen. Zoals altijd gaf Krimmel ook vandaag weer een bevlogen vertolking waarbij hij moeiteloos van de ene emotie naar de andere emotie overstapt. Een vleugje verdriet in Morgens steh' ich auf und frage, overkokende frustratie in Es treibt mich hin, introvert en zelfreflecterend in Ich wandelte unter den Bäumen, op de rand van de waanzin in Lieb' Liebchen, plechtig in Anfangs wollt' ich fast verzagen. Het afscheid in Schöne Wiege meiner Leiden wordt een mini-Winterreise. Dat alles onderstreept hij met een onnavolgbare mimiek... van zijn arsenaal aan gelaatsuitdrukkingen alleen al zou je een volledige studie kunnen maken.
Het tweede deel was gewijt aan nachtelijke liederen van Brahms, ongeveer de helft ook op teksten van Heine. Amaral leek hem in Meerfahrt nog te overstemmen, maar de balans raakte snel terug in evenwicht. De metaforische nacht en de dood kregen we ook te horen in een prachtige Auf dem Kirchhofe, waarin ze mooie contrasterende sferen wisten op te roepen tussen de storm in piano en de rust van de verweerde grafzerken. Feldeinsamkeit zou je als een pure zomers natuurevocatie kunnen zien, maar bij Krimmel hoorde ik al een voorafspiegeling van "Ich bin der Welt abhanden gekommen".
Voor het enige bisnummer blezen ze bij Brahms en Da unten im Tale. Het voordeel van het festival online te volgen is dat je de recitals nog eens opnieuw kan beluisteren. Dit is er zeker één die ik de komende weken nog een paar keer zal herbeluisteren... zeker de Schumann-helft.
's Avonds kregen we dan Wilhelm Müller en Winterreise, uitgevoerd door de sopraan Katherine Broderick en pianiste Kathryn Stott. Naar verluidt, was het tevens de eerste keer dat een zangeres Schuberts liedcyclus op het Oxford Lieder Festival zong. Ik weet niet of het ook Brodericks eerste Winterreise was. Hoe dan ook, de partituur stond binnen handbereik en werd veelvuldig geconsulteerd.
Er werd ook aangekondigd dat ze nog met de naweeën van een verkoudheid kampte. Op zich was daar weinig van te merken, een occasioneel kuchje niet te na gesproken. Ze zong de liederen met haar staalglanzende sopraan en uitmuntende dictie. Tot nu toe heb ik haar nog maar één keer live gehoord in een liedrecital en toen had ze de neiging om af en toe in Brünnhilde-modus te gaan. Die dramatiek kleurde ook vandaag haar vertolking.
Desondanks zette ze een eendimensionale Wanderer neer. Ze zingt alles correct, maar er is weinig evolutie merkbaar buiten die van een eenzame en verdrietige verschoppeling die door de sneeuw ploetert. Na verloop van tijd werd het wat eentonig waardoor deze Winterreise nooit onder de huid ging zitten.
Publicatie: dinsdag 12 oktober 2021 om 22:54
Rubriek: Liedrecital