Il Grand' Inquisitor

Thomas Hampson in Berlijn*

Vandaag trad Thomas Hampson zelf op tijdens de Schubert-week in de Pierre Boulez-Saal. Sinds mensenheugenis is Wolfram Rieger zijn vaste pianist, en dus ook vandaag.

Het is bijna twee jaar geleden dat ik Thomas Hampson de laatste keer live gehoord heb, dat was in een Mahler-recital tijdens de Schubertiade Schwarzenberg. Ik heb het toen tot de pauze proberen uit te houden... en ook vandaag heb ik het halverwege opgegeven.

In het eerste deel van het recital bracht hij een gevarieerd programma met Goethe-liederen van Der Sänger tot Erlkönig. Daartussen kwamen verschillende tijdgenoten van Schubert aan bod of componisten die Schubert geïnspireerd hebben. Een van de problemen is dat een aantal van die vroegere liederen meer vocale flexibiliteit vragen dan wat Hampson tegenwoordig nog kan geven, waardoor Der Sänger ontsierd werd door slordige melismen. In Auf dem Land und in der Stadt (Anna Amalia von Sachsen-Weimar) worden iets wat mogelijk trillers moeten voorstellen tot halve rochels.

In een lange Zumsteeg-ballade Das Blümlein Wunderschön horen we waar de jonge Schubert zijn smaak voor ballades gehaald heeft. Het is een dialoogballade tussen een ridderlijke graaf en een "Rose" en een "Veilchen" in een religieus-pastorale stijl. Maar als Hampson voor de bloemen zijn stem verlicht wordt het lachwekkend. Zijn ritmische onbeholpenheid maakt het helemaal pijnlijk. In Zelters Um Mitternacht klinken de lage noten als gebrom die in een zaal nooit overkomen maar hier dankzij de microfoons toch wat klank hebben. Daarna gaat het helemaal bergaf met een gebrulde Beherzigung (Reichardt) of karikaturale Erlkönige, zowel in de versie van Schubert als Loewe.

Publicatie: woensdag 20 januari 2021 om 21:09
Rubriek: Liedrecital