Il Grand' Inquisitor

Don César de Bazan - Mathieu Romano

Werther en Manon, eventueel Cendrillon of Don Quichotte, en dan heb je zo ongeveer de volledige Massenet-canon. Naar de rest van zijn oeuvre moet je met een vergrootglas zoeken in de programmatie van de operahuizen, zeker naar een vroeg werk als Don César de Bazan. Mathieu Romano heeft het bij Naxos op CD gezet zodat we er toch kennis mee kunnen maken.

Deze Spaansgetinte opéra-comique werd gecreëerd in 1872. De Spaanse koning Charles II heeft een oogje laten vallen op de straatzangeres Maritana. Don César werd ter dood veroordeeld omdat hij duelleerde om Lazarille te redden. Dit is de ideale gelegenheid om Marinata te laten trouwen met Don César waardoor ze van adel wordt en ze meer geschikt is voor een koninklijke affaire... en een paar uur later is ze toch een weduwe. Lazarille zorgt ervoor dat er met losse flodders geschoten wordt - een scenario waar Cavaradossi alleen maar van kan dromen - en Don César verdwijnt tijdelijk. Een paar persoonsverwikkelingen later loopt alles goed af. Don César wordt door de koning benoemd tot gouverneur en kan getrouwd blijven met Marinata.

In 1872 werden de hoofdrollen gecreëerd door niemand minder dan Bouhy, Galli-Marié en Lhérie, die een paar jaar later respectievelijk Escamillo, Carmen en Don José zouden creëren in Parijs. De uitvoering die we op deze CD horen is echter de versie van 1888, aangezien de originele partituren verloren gegaan zijn in de brand van Salle Favart. Maar Massenet heeft de opera op basis van de zangpartituren geherorkestreerd. Er zijn uiteraard veel Spaanse muzikale invloeden, maar qua sfeer doet de opera me wel af en toe aan Manon denken. Zoals gewoonlijk bespaart naxos op het programmaboekje en dus moet je terecht op hun website om het libretto te lezen. Spijtiger is dat ze de dialogen niet opgenomen hebben, alhoewel er zeker nog ruimte voor was op de twee CD's, waardoor de handeling wat lastiger te volgen is.

Voor deze opname hebben ze een volledig Franse bezetting verzameld, met op kop Laurent Naouri in de titelrol. Hij is nog altijd een stijlvolle zanger, maar er beginnen wel ouderdomsverschijnselen op te treden. Don Césars couplets "Riche, j'ai semeĢ les richesses" klinkt wat droog. Hij is in zijn element als hij een tandeloze dueña nadoet, hij maakt nog indruk in het ingetogen Madrigal en geeft een royale indruk in de scène met de koning (alias Don César) als hij zichzelf als koning uitgeeft. Thomas Bettinger is minder koninklijk als Charles II. Zijn tenor klinkt vaak genepen, zijn eerste aria "L'amour, un amour implacable" is een beproeving om naar te luisteren en zijn cavatine in het derde bedrijf rammelt langs alle kanten van zijn registers.

Het vrouwelijk duo is beduidend beter. De travestierol Lazarille wordt gezongen door de mezzo Marion Lebègue. Ze zingt een mooie Berceuse al heeft ze niet de typische ronde mezzoklank. Die scherpte helpt wel om een overtuigende tiener neer te zetten in de romance "Rien ne peut le défendre". Ze harmonieert ook goed in het "Duo Nocturne" met de prachtige sopraan van Elsa Dreisig als Maritana. Dreisig is de absolute ster van deze opname. Meteen in de openingsscène zingt ze al een sensuele "Ballade aragonaise" met een ontroerend middendeel. De finale van het eerste bedrijf wordt letterlijk opgefleurd als haar stem als een zonnestraal doorheen het orkest breekt.

Publicatie: dinsdag 25 augustus 2020 om 18:14
Rubriek: CD & DVD